TUSSENBALANS VICTOR GOETHALS
Originele
script voor
8 afleveringen van een dramatische
Tv-serie
Geschreven
door
Jules De Cort
EXT. TUIN VAN BOERDERIJ DAG
VICTOR
GOETHALS is een veertiger, nogal zwaar gebouwd maar niet echt zwaarlijvig. Hij
staat in hemd en broek met zonnehoed op in de moestuin achter de kleine
boerderij het onkruid om te hakken maar staat meer te dromen dan dat hij werkt.
VICTOR
(V.O.) Ik ga de tussenbalans van mijn
leven
opmaken. Er een kroniek of
verhaal
over schrijven. Een vroeg
geschreven
autobiografie. Hoe doe ik
dat?
Moet ik de ijzeren wet naleven,
die
voorschrijft dat ik niet mag
afwijken
van de regels van stijl,
vorm
en dramatiek, voor altijd
vastgelegd
door de klassieken en de
meesters
als Toergenev,
Flaubert,
Proust, Tolstoi, Dostojevski,
Mann,
Babel, Elsschot, Walschap, Boon,
Salinger,
Claus En zoveel andere
onvolprezen
grootheden. Ik vind dat
ik mij
van regels die ik niet beheers
niet
te veel moet aantrekken, ik moet
mijzelf
blijven, recht voor mijn raap
de
kroniek van Hellebeek en zijn
inwoners
voor elkaar krijgen zodat de
tegenwoordige
mens en ons verre
nageslacht
mij kunnen lezen en verstaan,
er iets
aan hebben en niet vergeten hoe
goed het
vroeger was. Waar begin ik?
Ruim twintig
jaar geleden ben ik
afgezwaaid
van het leger. Wat vooraf
ging behoort
tot mijn kindertijd.
(rust met zijn kin op zijn werktuig)
DISSOLVE
FADE-IN
FLASHBACK
INT. SLAAPKAMER
DAG
Op een eenpersoonsbed
ligt VICTOR GOETHALS, een jonge man half toegedekt te slapen. Heeft enkel zijn
onderbroek aan, een boxer short van het leger. Gemiddelde gestalte en aanleg
tot enige zwaarlijvigheid maar niet echt dik. Tegen een wand een open
boekenschab met titels van boeken van Elsschot, Walschap, Boon, Hemmingway, Roothaert,
Sartre, Camus, Marx. Tegen een andere wand een afgedankte keukentafel die min
of meer is ingericht als schrijftafel. Venster met uitzicht op tuin en de tuin
van de buren. In de moestuin achter de kleine boerderij van de buren zit een
jonge vrouw, LOUISE CASTEELS, het buurmeisje, op haar knieën te wieden. In de
kamer op een stoel een soldatenplunje, op de mouw van de jas drie strepen.
Victor ligt in zijn bed te woelen en wordt wakker.
VICTOR
(V.O.) Hallo,
ben ik dat, Victor Goethals?
DISSSOLVE
FADE-IN
FLASHBACK
MONTAGE
Een kazerne
ergens in Duitsland. SOLDATEN doen Victor uitgeleide en zingen ‘zo ne goeie hebben wij nog niet gehad’. Hij
is in uniform, draagt de strepen van wachtmeester, op een schouder draagt hij
zijn kitbag. Aan de kazernepoort staat een meisje hem op te wachten. Ze stappen
samen in een taxi. Bahnhof Keulen. Het meisje loopt mee naar het perron. Victor
kust het meisje.
VICTOR
So
bald ich eine Arbeitsplatz gefunden
habe
schreibe ich dir, liebste Ramona.
(Victor stapt op de trein, de trein vertrekt
en het meisje wuift hem na.)
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. STATION LEUVEN DAG
Victor stapt
uit de trein, loopt naar een ander perron en neemt de trein naar Hellebeek.
Stapt uit in het station van Hellebeek en loopt café De Statie binnen.
INT. GELAGZAAL DAG
Bruin café met een tiental tafels. Tegen de achterwand de
tapkast en een deur met een bordje: keuken. Aan twee of drie tafels zitten
gasten. Aan een tafel is een kaartspel aan de gang. Victor loopt met zijn
kitbag naar de tapkast waar OCTAVIE de waardin glazen staat op te blinken. Victor
lijkt teleurgesteld. Kijkt om zich heen. In een hoek hangt een tv-toestel aan
de muur. Vijf, zes klanten zitten er naar te kijken.
VICTOR
Octavie, ik zie zo weinig volk jong volk.
Het is zaterdag, komen de mensen niet
meer buiten. Waar is de jukebox? Waar
zijn de swingers?
OCTAVIE
Waar kom jij vandaan, van een andere
planeet.
VICTOR
Uit Duitsland, zie je dat niet.
OCTAVIE
Heb je in het dorp al eens goed
rondgekeken? Nog vier cafés van de
twintig zijn er open. De cinema is
een supermarkt, dansen doen ze op
café niet meer, de dancings op de
grote steenweg zijn met het meeste
volk weg, de auto maakt veel kapot
en de kast daar aan de muur doet de
rest. Ik weet niet wat mij te doen
staat.
VICTOR
Ik was nog zo blij dat ik mijn afzwaaien
zou kunnen vieren met de bende van toen.
Rob, Jan, Pierre, Albert, Frans.
OCTAVIE
De bende van toen? Ze verkeren straf,
zijn getrouwd of zijn nog bij de troep.
Het wordt tijd dat je ook een wijfje
zoekt.
VICTOR
Kalm, kalm, dat komt in orde en geef
mij nog een glas bier dat ik mijn
verdriet verdrink. Misschien komt
hier straks iemand binnen die ik ken.
OCTAVIE
Een kwiet van een goed jaar misschien.
VICTOR
Van de klas zijn is zo te zien een
droevige zaak, geef mij nog een groot
glas bier, en nog een. Je hoort dus
echt niets meer van ons clubje van
vroeger.
OCTAVIE
Niet veel, je zult je alleen zat moeten
drinken.
VICTOR
Daar ben ik mee bezig. Je kunt aan mij
nog wat verdienen van mijn laatste
soldij. Gezien die toestanden loop ik
beter naar huis, maar het is nog te
vroeg. Als ik het goed begrijp is het
hoog tijd dat ik een serieuze baan vind,
een gezin sticht en een burger word onder
de burgers, daar staan we vroeg of laat
toch voor en daar kan ik mij bij
neerleggen.
OCTAVIE
Het
zal wel moeten, op een dag moet je
toch
een serieuze burger worden.
VICTOR
Ik ben altijd serieus geweest. Tap er
mij nog maar een, om het af te leren.
DISSOLVE
FADE-IN
INT.
SLAAPKAMER
DAG
IDA (O.S.)
(Ida de moeder van Victor roept onder aan de
trap) Koekeloerenhaan, tijd om
op te
staan.
Victor, het is middag, het is
bijna
etenstijd.
VICTOR
(krabbelt overeind, kijkt met halfopen ogen de
kamer rond, ziet zijn boekenkast) (V.O.)
Ik heb het leger achter mijn rug, nu
werk zoeken, nu wordt het ernstig, ik heb
iemand mijn woord gegeven. In het zweet
mijns aanschijns zal ik brood eten tot
ik terugkeer naar de grond. De mokkels
zijn een jaar ouder geworden, ze moeten
het niet meer hebben van mooipraters, het
is de dikke portefeuille die nu doorweegt.
Dat staat me te wachten.
IDA (O.S.)
Wat ligt je daar te mompelen? Opstaan.
VICTOR
Niks moeder. Ik ben tegen mezelf bezig,
mijn verstand bijeen aan het rapen.
(sukkelt uit bed. zoekt wat
burgerkledij. kijkt
uit het venster en ziet LOUISE
in de tuin. zij
ziet hem niet. loopt trede
voor trede de trap af)
INT. KEUKEN
DAG
De keuken is
tevens woonvertrek, het aanrecht en het gasfornuis staan in een kleinere
bijkeuken, in de keuken een tafel, zes stoelen, een grote kast voor de kookpannen
en het etensgerief en een ijskast. Hij kamt met een ijzeren kam zijn haar in de
spiegel naast de deur. Haalt een flesje pils uit de ijskast en drinkt van het
flesje. Zijn moeder IDA is in de bijkeuken bezig met aardappelen schillen.
IDA
Wat een gezicht.
Waar de brouwer is
kan de bakker niet
zijn.
VICTOR
Zo veel heb ik nu ook weer niet gedronken.
(loopt buiten).
FADE-OUT
FADE-IN
EXT. TUIN DAG
VICTOR
(loopt de tuin achter het huis in, naar de
composthoop en urineert
met een flinke
straal, de zon speelt in de straal) (mompelt)
Klatergoud. (kijkt naar de andere tuin
en het buurmeisje dat zit te wieden. aan een
drooglijn hangt de kleine was, drie beha’s en
drie onderbroeken voor dames. de wiedster
LOUISE CASTEELS richt zich op. ze heeft een
aantrekkelijk gezicht, ze is aan de mollige
kant)
LOUISE
Hé, Fikker van Ida, je leeft nog.
Vannacht heeft de hele straat je horen
zingen van als we dood zijn is het
gedaan.
VICTOR
In de straat wonen geen mensen. Zong
ik vals Wiske van Levine?
LOUISE
Als een kater.
Victor
Een kater dat kan niet. Ik had geen
emmers bier gedronken, nog geen drie
liter, ik heb mijn manieren weten te
houden. Hoe maken Levine en Flor het?
LOUISE
Goed. Toen ik naar buiten kwam leefden
ze nog.
VICTOR
Aha. en met Juul het paard dat kan
lachen als een halve gare?
LOUISE
Zie maar dat jij niet lacht als een
halve gare. Juul was een harde werker
maar hij was versleten, Hij kon niet
meer. We moesten hem bijna dragen en
hebben hem moeten wegdoen. Nu is
er een kleine trekker in zijn plaats.
VICTOR
Arm dier, vervangen door een stuk
stinkend lawaai. Heb je hem laten
slachten.
LOUISE
Dat weet ik niet. Misschien is hij nu
een rijdier voor de kinderen in een
kermismolen. Zul jij het werk komen
doen?
VICTOR
Ik heb daar niet voor gestudeerd.
(zwijgt
verder, draait zich om en loopt het
huis weer
in)
LOUISE
(kijkt hem
na, wil nog wat zeggen maar zwijgt.
(V.O.) Neen, dat weet ik. Je weet niet hoe
groot mijn verlangen naar jou is. Met
jouw hogere studies zul jij nooit op een
boerderij willen werken of wonen. Had ik
mijn middelbare studies maar niet
stopgezet. Aan de andere kant, ik werk
toch zo graag op het land, ik ben zo
graag in de volle, vrije natuur. Ik wil
geen baas boven mij.
DISSOLVE
FADE-IN
FLASHBACK
EXT. EEN WEIDE DAG
LOUISE en VICTOR
zijn ongeveer 15 jaar oud en ravotten in een wei. Naast de hooiweide loopt een
helder beekje. Louise gooit haar kleren uit en stapt in het water. Victor volgt
haar voorbeeld. het water is niet diep genoeg om te zwemmen. ze spatten water
naar elkaar. Ze kruipen uit het water, Victor zit Louise achterna, krijgt haar
te pakken en ze rollen in het hooi. Ze bekijken elkaar, Louise schudt neen, ze
laten elkaar los en trekken hun kleren weer aan zonder iets te doen. Ze kijken
angstig om zich heen of niemand hen heeft gezien.
DISSOLVE
FADE-IN
LOUISE
(V.O.)
De ezelin dat ik was. Ik had hem
moeten laten doen.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KEUKEN DAG
VICTOR
(komt binnen)
IDA
Wat wist Wiske te vertellen?
VICTOR
Niet veel. Ik heb naar Juul gevraagd.
Die is weg. Doodgedaan.
IDA
Meer
niet? Je weet het niet of je
wilt
het niet weten, maar dat kind
houdt
heel veel van jou? Ze is gek
van
jou en ze mag gezien worden.
VICTOR
(maakt een gebaar alsof hij dikke borsten
heeft) We zijn niet voor
elkaar gemaakt
moeder.
Wie weet waar ik terecht kom
met
mijn werk en met wie ik nog te
doen
heb.
IDA
Je hebt nog geen werk. (doet haar
voorschoot uit) Ik ga naar de slager
om biefstuk, die heb je in het leger
niet te veel gekregen.
VICTOR
Toch wel. meer vet dan vlees, ze vonden
dat wij dat te kort kwamen. Ik ben tien
kilo aangekomen en geen paardenvlees
alsjeblief.
Ida
vertrekt. Victor drinkt zijn flesje uit en loopt de trap op naar zijn kamer.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. SLAAPKAMER DAG
VICTOR
(gaat voor het open venster staan. Louise ziet
hem en werpt een kushandje. Victor gaat op de
enige stoel zitten, neemt een boek uit de kast
en begint te lezen)
IDA (O.S.)
Victor, het eten is gereed.
(legt boek neer
en loopt de trap af)
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KEUKEN DAG
Ida is frieten
aan het bakken. Op het bord van Victor ligt een biefstuk twee handen groot. Op
tafel staat een kom met salade. MANE GOETHALS, de vader van Victor komt binnen.
Hij zet zijn duivenkevie op de grond. Gaat aan de tafel staan, gooit een kwak
mayonaise op de salade en zet die om.
MANE
Dat is andere kost dan bij het leger, hé?
VICTOR
Ik at in de mess onderofficieren, vader.
Zo slecht was het eten in Duitsland nu
ook weer niet. (kijkt naar moeder) Maar dit
hier
is wat anders) Nu
voel ik mij echt weer
thuis
MANE
Ik ben
mijn dakschijters aan het opleren.
Ne kilometer
of tien van hier heb ik ze
gelost.
Ida ruimt
af, MANE loopt buiten en VICTOR volgt hem naar de duiventil.
INT. DUIVENTIL DAG
MANE
Ha, ze
zijn thuis, slimme diertjes. Ik
ga ze inkorven
voor de prijskamp uit
Quiévrain.
VICTOR
Waarom doe je dat, pa, waarom
die zorgen over
een duivenhok op de nek
halen en er is niets
aan verdiend.
MANE
Nee,
ik steek er geld aan toe, dat is
waar. Maar
ik heb een heel rustig
leven
en zoek wat kommer en kwel.
(fluit tussen Zijn tanden ik
zien zo geire
mijn duivenkot)
DISSOLVE
FADE-IN
INT. KEUKEN
DAG
IDA
Mijn
werk is gedaan. Ik ga bij de buren
een praatje
maken.
VICTOR
(gaat op de bank liggen. sluit zijn ogen) Doe
dat, ik moet nog wat bijkomen.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KEUKEN SCHEMERING
Uren later. De schemering is
ingevallen. Victor wordt wakker
op de bank, IDA zit op een stoel bij
het venster.
IDA
Uitgeslapen?
VICTOR
Ik voel me goed. Ik ben gisteren in het
dorp geweest, het is op sterven na dood.
Ik heb wat anders te doen dan mij te
bezuipen. Ik moet werk vinden. (V.O) Ik
moet werk vinden om Ramona naar hier te
halen. Het is een kazernemeisje, dat wel,
maar ze heeft ernstige verkering gehad
met een onderluitenant die haar heeft
laten stikken de dag dat hij is
afgezwaaid. Dat zal ik nooit doen. Maar
ik moet een baan vinden, dan kan ik
apart gaan wonen, haar hier bij in
nemen dat gaat niet, dat vinden vader
en moeder zeker niet goed. Zij is een
Duitse en ik ben blut.
(gaat in de
achterdeur staan, in de verte ratelt
een trein.
in de opkomende volle maan fladdert
een
vleermuis) (V.O.) Een jaargetijde dat smelt
van de zaligheid voor iemand zonder
muizenissen. Niet voor mij. Werk zoeken
kan ik niet op de lange baan schuiven,
dat is dringend, nijpend, maar eerst nog
een weekend uitblazen.
FADE-OUT
FADE-IN
INT SLAAPKAMER DAG
Victor leest
de aankondigingen in de kranten, schrijft brief na brief, krijgt negatieve antwoorden,
mag zich hier en daar melden, heeft geen ervaring, wordt altijd weer
afgescheept.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. SLAAPKAMER DAG
VICTOR
(zit op zijn kamer met een stapeltje brieven die
hij een na een openmaakt en in de foetsie gooit.
een brief komt uit Duitsland. hij leest die brief
en mompelt): Ze is zwanger,
verdekke.(neemt
een schrijfblok) (V.O.) Ik moet haar
schrijven
dat ik het niet zie zitten.
Het is
hoe dan ook een wrede brief,
ik doe
Ramona wat aan, maar wat moet
ik
doen. Dit gaat mijn hele leven op
mijn geweten
drukken, maar ik kan
niet
instaan voor een vrouw en een
kind.
Ik heb niets,geen rode duit.
Ze
vraagt zelf of ze het kind moet
laten wegdoen,
dat moet dan maar.
(plooit de brief in een enveloppe. neemt
een volgende brief, maakt de enveloppe
open en leest de brief. zijn gezicht
klaart op)
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KEUKEN DAG
VICTOR
Moeder, ik heb een gekregen die belooft.
Het Europees hoofdkwartier van de
Amerikaanse multinational Intercontinental
Pecunia Europe zoekt een
assistent-
controller. Ik mag mij gaan presenteren
voor psychotechnische en psychologische
tests om mijn ambities en bekwaamheden
af te tasten. Dat ziet er goed uit.
voor de zoveelste keer.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. KANTOORGEBOUW DAG
Victor Goethals staat voor het gebouw.
Kijkt op zijn brief of het adres klopt. Loopt binnen.
INT. GROTE INKOMHAL DAG
Victor komt in een indrukwekkende grote
hal. Loopt naar de achterwand. Op een bord staan de namen van de firma’s die in
het gebouw kantoor houden. Hij vindt de naam: Intercontinental Pecunia Europe.
Stapt de lift in en duwt een knop in.
INT. ZAAL
MET EEN AANTAL BEDIENDEN DAG
Achter de eerste lessenaar zit een jonge,
aantrekkelijke DAME. Victor loopt op haar toe en meldt zich.
VICTOR
Victor Goethals voor
een interview met
de Heer Walter Distelveld.
RECEPTIONISTE
Neem plaats meneer.
U wordt opgeroepen.
VICTOR
(wordt na
enig wachten opgehaald door de dame,
de
receptioniste, die hem voorgaat)
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KANTOOR MET BUREAU MINISTRE DAG
Achter de bureau zit een HEER in
maatpak. Op zijn naamkaartje staat: Walter Distelveld, financial manager.
WALTER
Goede morgen mijnheer. Ga zitten. Ik ga
niet om de pot draaien. De baan van
assistent-controller is te begeven.
(neemt stapeltje papieren) Vul
het formulier
in met uw persoonsgegevens. Dan zijn er
de tests. Drie pagina’s met multiple
choice vragen over algemene kennis. Dan
twee pagina’s met tekeningetjes, de
vraag is of u het verband ziet. Verder
vragen we om op het lege blad een boom
te tekenen, zomaar een boom. En dan de
hoofdbrok, een boekhoudopgave met alles
er op en er aan. Openingsbalans,
verrichtingen. Wij vragen de eindbalans
en de verlies- en winstrekening op te
maken. Neem uw tijd. Er zijn al een
aantal kandidaten geweest, u bent een
van de laatste. Juffrouw Agnes zal u
naar een kamer brengen waar u rustig
kunt
werken. (duwt op een
knop)
FADE-OUT
FADE-IN
INT. GANG, DEUREN DAG
Victor Goethals
komt met zijn papieren de gang in. Loopt naar de kamer van Distelveld en klopt
aan. Er klinkt ‘binnen’. Hij stapt binnen en legt zijn werk voor de financial
manager.
WALTER
(neemt de papieren op en begint er in te kijken)
Ga
zitten man.
VICTOR
(gaat zitten)
WALTER
(na enige tijd) Dat ziet er niet slecht
uit, op het eerste gezicht. Uw algemene
ontwikkeling is goed, u lijkt te weten
wie Marx, Keynes en Friedman zijn. Die
boom ja, daar heeft de psycholoog zich
over uitgesproken. U zijt een goede
tweede als u een baas boven u hebt en
met geen al te hoekig karakter. Baas
zoek ik tot nader order te blijven dus
goede tweede is geen probleem en
hartefretters kunnen we missen. De
psycholoog heeft niet kunnen uitmaken,
dat kan hij trouwens niet, of u een
harde werker zijt. Dat is wel vereist
in een Amerikaans bedrijf. Hier kennen
we geen uren, maar dat zien we wel.
VICTOR
Heb ik dan de baan?
WALTER
Niet zo ongedurig. De boekhoudproef
heeft u er goed van afgebracht. U bent
de enige die bij de kostenberekening
niet alleen de facturen maar ook de
afschrijvingen op het materiaal in
rekening heeft gebracht en provisies
heeft gemaakt, u was de enige die
zich niet heeft laten vangen. Ook de
inkoop en verkoop van vast goed heeft
u correct geboekt. Ik krijg nog een
paar kandidaten en dan beslis ik.
Wanneer zou u kunnen beginnen?
VICTOR
Nu. en ik beloof u meneer dat ik heel
hard zal werken, ik wil vooruitkomen
in het leven, ik zal op geen uur zien.
WALTER
(glimlacht) Dat moet ik
onthouden. ga nu
rustig naar huis. Hebt u
telefoon thuis?
VICTOR
Neen mijnheer.
WALTER
Bel
ons dan morgen zelf op. Dan heb ik
een besluit
genomen.
CUT
FADE-IN
INT.
KEUKEN DAG
Ida en Mane
aan de keukentafel. Ida zit kousen te stoppen, Mane leest in de krant. Victor
komt binnen.
VICTOR
Ik heb met interpecunia gebeld. Ouders,
ik heb de baan. Ik mag morgen beginnen.
Hoera.
MANE
Bravo jongen.
IDA
(omhelst Victor) Ik ben blij jongen. Nu
moet je niet meer zagen dat
je ons
uitvreet. Ga dat maar gauw
aan Wiske
vertellen, die zal blij
zijn.
VICTOR
Waarom zou die blij moeten zijn.
CUT
FADE-IN
INT. KEUKEN CASTEELS DAG
Louise en Levine doen de afwas in de keuken. Flor zit nog aan de
tafel in zijn blote kop, zijn pet ligt op tafel.
VICTOR
Mensen ik heb een baan in Brussel.
Helemaal in overeenstemming met mijn
diploma.
LOUISE
En je gaat in Brussel wonen.
VICTOR
Bijlange niet. Ik ben een buitenmens.
FLOR
Een buitenmens maar geen boer. Ik zie
je niet op het land werken.
VICTOR
Als boer heb je nooit gedaan met je
werk. Dag en nacht paraat.
Studeren
is de weg vooruit.
LOUISE
Ik ben echt blij Fik, de laatste weken
was je niet meer om aan te spreken.
VICTOR
Ik was een werkloze, Wiske, ik was
beschaamd om onder de mensen te komen
omdat ik niets te doen had. Ik heb
lang genoeg op de kap van mijn ouders
en van de staat geleefd.
FLOR
De staat is zo erg niet, hoeveel doen
er dat niet. Je had hier een handje
kunnen komen toesteken.
VICTOR
Wat zoal. De stallen uitmesten en mest
uitvoeren of zo, van zaaien en
planten heb ik geen verstand.
LOUISE
Je moet naar onze va
niet luisteren, ik
wens je het beste. (loopt plots weg)
CUT
FADE-IN
INT. KANTOOR
DAG
Walter loopt
met Victor naar de desk van Agnes.
WALTER
Hier hebben we Agnes.
AGNES
Juffrouw Agnes.
WALTER
Juffrouw Agnes is van de
personeelsdienst en doet de
salarissen. Zij zal u
inschrijven.
VICTOR
Aangename kennismaking juffrouw.
Ik kijk er naar uit om met u te
kunnen samenwerken.
AGNES
Op professionele basis.
WALTER
Als jullie hebben kennis gemaakt komt
u naar mijn bureau Vik, ik heb een
pak werk liggen.
AGNES
Hoe lang denkt u het vol te houden.
VICTOR
Tot mijn pensioen zeker? Of tot de
dood ons scheidt.
AGNES
Geestig. De controller heeft er nog
een maand ziekteverlof bij gekregen,
totaal overspannen en u bent geen
jonge vrouw. Hij zal u niet sparen.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. KANTOOR INTERPECUNIA DAG
VICTOR
(zit aan zijn desk zonder opzien te werken)
(V.O.) Ik ben een kracht met een grote
toekomst,
een noeste werker, een
nieuwe
mens in het leven gezet om van
bij
het ochtendgloren tot de
deemstering
te pezen, zich van kunst
en
cultuur geen moer meer aan te
trekken
en te buigen voor het gezag.
Ik ben
van de nieuwe elite, presteer
niet
te tellen uren, geloof in een
mercantiele
roeping, in een grote
toekomst,
de carrière weggelegd
voor
iemand als ik, in korte tijd zo
vergroeid
met het kantoor dat mijn
wangen
de olijfkleur van de metalen
archiefkasten
beginnen aan te nemen.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KAMER DAG
VICTOR
(een kleine kamer met een tafel, een zetel, in
de hoek een aanrecht en een gasstel. In de
aanpalende kamer een bed. Victor heeft koffie
gezet, gaat met de kan aan tafel zitten, haalt
een paar boterhammen uit een plastic zak.
Schenkt zich een kop koffie in en eet lang
kauwend zijn boterhammen op. Kijkt terwijl in
papieren) (V.O.)Ik heb een logeerkamer
in
de
stad gehuurd, dan verspeel ik geen
tijd
meer aan het pendelen en de
gewonnen
uren kan ik aan mijn
toekomst
besteden. In de weekends
ga ik niet
altijd naar huis, ik zit
liever
op kantoor te cijferen, voor
mij
geen aftandse 40-urenweek,
ambitie
houdt op bij de ouderwetse
werktijdverkorting.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KANTOOR INTERPECUNIA DAG
VICTOR
(is druk met papieren bezig, tabellen die hij
toont) (V.O.) Mijn
prioriteiten zijn de
statements die op gestelde dagen en
uren met
de pakjesdienst de deur uit
moeten.
Mijn loon is na zes maanden
aangepast.
Distelveld heeft mij te
verstaan
gegeven dat de titel van
controller
op klein vuur staat. De
controller
heeft zich in drie jaar
debiel
heeft gewerkt en ik sta gereed
om in
de loop te worden geschoven.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KAMER DAG
VICTOR
(loopt op de trap naar zijn kamer. Ontmoet een
niet onaantrekkelijke jonge vrouw) (V.O.)
Mijn kamer is niet ver van het kantoor,
op het
derde, boven de werkkamer van een
straatmadelief.
Ik ontmoet ze soms op de
trap,
onaantastbaar en schandalig mooi,
waarom
doen zulke meisjes dat? Ik hoor zo
af en
toe dat ze haar naaiwerk met
plezier
doet, maar niet altijd, want soms,
als ze
alleen is, hoor ik haar snikken of
scheten
laten. Louise heb ik zo goed als
uit
het oog verloren, mijn professionele
opmars
heeft voorrang.
FADE-OUT
FADE-IN
EXT.
STRAAT DAG
VICTOR
(loopt in een straat in de stad, met een tas
aan zijn hand) (V.O.) Van de stad zie ik
enkel de weg van mijn
slaapverblijf
naar mijn kantoor en van de
wolkenkrabber naar een
snackrestaurant.
Het valt me zelfs niet op
dat de stad
grauw, vuil en onbewoonbaar
was. De
zaterdagen die ik naar huis
ga, is om
proper onderbroeken te gaan halen
en
de avond door te brengen in
het
dorpscafé met de enkele
verlopen
figuren. Op sommige dagen
zie ik
Louise, een kort gesprek over
de haag
met mijn gedachten bij mijn
werk.
FADE OUT
FADE-IN
INT. KAMER DAG
Een kleine
kamer met een tafel, een zetel, in de hoek een aanrecht en een gasstel. In de
aanpalende kamer een bed. Victor heeft koffie gezet, gaat met de kan aan tafel
zitten, haalt een paar boterhammen uit een plastic zak. Schenkt zich een kop
koffie in en eet langzaam kauwend zijn boterhammen op.
VICTOR
(zit aan de tafel voor zich uit te staren en
drinkt van zijn koffie) (V.O.) Die
koffie
ben ik
beu als koude pap.
(V.O.) Bijna
een
jaar geleden heb ik mij aan de
dictatuur
van het kapitaal onderworpen.
Maar
de natuur is onverbiddelijk, hij
laat
zijn greep niet los. Het is
vrijdag,
straks rij ik naar huis.
(kijkt
uit het raam, de straat is nat, het is
onaantrekkelijk weer) Ik had boer moeten
worden
in plaats van getallenmaniak.
Ik ben
niet voor een carrière achter
een lessenaar
geboren. Komt daar nog
bij
dat ik zwaar verliefd ben,
hopeloos
verliefd, ik zou een lief
moeten
vinden om mij te genezen.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KANTOOR DAG
VICTOR
(loopt tot bij de desk van Agnes, bekijkt haar
met verliefde blik) Gaan we eens samen uit eten.
AGNES
Met
jou? Nooit van mijn leven.
VICTOR
(druipt af)
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KAMER DAG
VICTOR
(V.O.) Ik had moeten weten
dat Agnes met
Walter
loopt. Wat ik nu hard nodig heb
is een
praatje met Louise. Hoe heb ik
ooit
mijn zinnen op Agnes kunnen zetten.
(kamt zijn haar, trekt zijn jas aan en verlaat
zijn kamer. Op de trap komt hij de straatmadelief
tegen met een oudere man die achter haar loopt en
haar vraagt): Combien.
VICTOR
(tot jonge vrouw) Je bent vroeg aan het werk.
MEISJE
De
morgenstond heeft goud in de mond.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. STRAAT DAG
Een straat
in Brussel met herenhuizen en een wolkenkrabber. Victor loopt het torengebouw
binnen en neemt de lift.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. KANTOOR DAG
VICTOR
(zit aan zijn desk, laat zijn hand op een
rekenmachine rusten, staart naar buiten. Een
dag in maart, een plotse donkere vlaag
verjaagd door een onverwachte helblauwe
lucht, waterdruppels als edelstenen tegen
de leikleurige wolken, weggeveegd door een
waterzon.) (V.O.) Ik moet naar huis.
De
lente
heeft zelfs in een kantoorkruk
als ik
sappen opgestuwd. Voor een keer
wil ik
mijn wasgoed op de bleek zien
liggen,
steeds en altijd naar de
wasserette
tussen de dikke Brusselse
wijven,
de grijze ballen gehakt. Dat
is
niet goed voor mijn witte was. Ik
verlang
tot in de toppen van mijn
tenen
naar een praatje met Louise.
(schrikt op)
WALTER
Je zit
te dromen, Vik. Ik maak me
zorgen.
Maandag is closing. Had jij
geen
vrijaf gevraagd voor het weekend,
en je
weet dat de controller ziek is.
VICTOR
Een
zenuwinzinking dat heeft hij en ik
weet
van wat, ik ben de volgende
Kamikaze
om in zijn zero te worden
vastgesjord.
WALTER
Laat
die gekke praatjes maar aan de
dichters
en de schrijvers die daar
voor
betaald worden. Je weet dat hier
hard
te werken valt.
VICTOR
Werken?
Pezen. Heb je het van je leven
geweten,
vrijaf vragen voor het weekend.
Ik
steek een tand bij, ik kan hard,
snel
en goed werken, dat weet je al eer
langer
als vandaag.
DISSOLVE
FADE-IN
VICTOR
(de muurklok wijst kwart voor zes, hij loopt
met een bundel formulieren naar het kantoor
van Walter, klopt en gaat binnen) Hier zijn
de statements, volledig
ingevuld. Het
resultaat ziet er goed uit.
Nu kan ik
met een gerust geweten op
weekend gaan,
wandelen en wat regen of
hagel op mijn
kop krijgen, leve de natuur.
Wat
overdruk aflaten.
WALTER
(neemt de documenten, legt ze neer en neemt een
stuk papier uit een bakje) Bedankt
jongeman,
goed
gewerkt. Hier zie een telex uit
Amerika,
ze vragen over de voorbije vijf
jaar
een vergelijkende tabel van
loonkosten,
sociale kosten en loonpremies,
tegen
de historische dollarkoersen. Zij
staan
zeven uren achter op ons en kunnen
het vandaag
of zeker morgenvroeg nog
krijgen,
nu de balans toch af is. Ik zou
eerst
een hapje gaan eten.
VICTOR
Ik ga niet eerst een hapje eten Walter,
ik ga
naar huis.
WALTER
Je
bent zo weer terug, het mag lekker
zijn maar
moet niet te veel kosten, ga
naar
een Chinees, de Grote Muur is heel
lekker.
VICTOR
Ik
vind de Grote Muur al zo min lekker
als de
Kleine Muur, ik vind geen enkele
Chinees
lekker, ik ga niet naar een
Chinees,
ik ga naar huis, Walter. Mijn
hele beroepsleven
lang ga ik eten in de
Innovation,
de rotisserie en het
steakhouse.
Maandag kan die meneer, hoe
heet
hij Jack Mclaughlin, lachen met wat
hij
krijgt. Laat Agnes het doen, zij
doet
de salarissen.
WALTER
Meen
je dat, Vik, meen je dat echt? Ken
jij je
verantwoordelijkheid? Weet je wat
je me
aandoet? En laat Agnes er buiten.
VICTOR
Agnes
natuurlijk, die is onaantastbaar.
De analyse
van de loonkosten is helemaal
niet
dringend, in Amerika is het evengoed
weekend
en daar begint de nieuwe week
later dan
in Europa. Tot maandag. (neemt
zijn aktetas en een zak met wasgoed, loopt naar
de kapstok voor zijn jas en vertrekt)
FADE-OUT
FADE-IN
INT.
LIFTKOOI DAG
VICTOR
(staat in de liftkooi met andere mensen voor
wie de werkweek er op zit. Ze praten over
wat ze in het weekend gaan doen) (V.O.) Die
mensen
zijn ontspannen, zo moet het
zijn. Ik weet wat ik Walter aandoe:
niets
komma niets. De analyse van de
loonkosten
is helemaal niet dringend.
Er is
niets mis met de forecast, de
cash-flow, met de profit on capital
employed en de gross margin. De
aandeelhouders
kijken niet naar de
mensen
in de fabrieken en in de
kantoren,
ze kijken niet naar de
cijfers,
ze kijken naar de
cijferverhoudingen,
de ratio’s, het
rendement
op hun kapitaal, mensen op
straat
zetten als middel om hun
dividend
aan te dikken en de koers
van
hun aandelen de hoogte in te
jagen,
is van alle tijden.
FADE-OUT
FADE-IN
EXT.
STATIONGEBOUW DAG
VICTOR
(loopt het station binnen) (V.O.) Van in
mijn glazen
toren heb ik een schuldig
aandeel
in de broodroof van duizenden
naarstige,
hardwerkende, vermoeide
mensen,
ik ben de leerling-tovenaar
van de
kwade getallen, in de
bedrijfswereld
is geen plaats voor
mensen
met een hart in plaats van een
perspomp.
Mensen met een hart kunnen
niet
overleven in de papierwoestenij
en geldjungle
van Brussel, van waar
de loontrekkenden
met grafieken en
statistieken
kapot worden gemaakt.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. KEUKEN THUIS BIJ VICTOR DAG
VICTOR
(komt van zijn slaapkamer de keuken in. MANE
zit aan tafel een kop koffie te drinken en
de krant te lezen)
MANE
Dat is
ook lang geleden dat je nog een
weekend
thuis was.
VICTOR
Een
maand. Zo lang blijf ik nooit meer
weg,
dit is de laatste keer geweest.
Kapot
werken kan ik mij altijd nog.
Ik ga
eens in de tuin tot bij moeder.
FADE-OUT
FADE-IN
EXT. TUIN DAG
VICTOR
(loopt de tuin in loopt
tot bij Ida die kervel
aan het snijden is) Ruikt
lekker. Heb je
Louise
al gezien, ik ga even goedendag
zeggen
hier naast.
IDA
Wiske
zal niet thuis zijn, Victor, die
is
meer dan waarschijnlijk naar de
markt,
met haar vrijer die heeft een
auto.
De kaas van je boterham laten
halen.
VICTOR
Ik heb
nooit kaas op mijn boterham
gehad.
Ik wist niet eens dat ze een
vrijer
had.
IDA
Had ze op jou dan moeten
wachten. Ze
heeft groot gelijk, je kon
op elk
ogenblik te voorschijn komen
met
een madam van kantoor, een
met
nylonkousen, op hoge hakken
en elke
week naar de kapper.
VICTOR
Ha zo, en wat voor iemand is haar
vrijer?
IDA
Een rare. Hij stelt nu al zijn wetten,
zegt wat er op tafel moet komen, maakt
opmerkingen over de stalreuk. Zeker
iemand die met de boerderij niets te
maken zal willen hebben. Levine is
niet erg met hem opgezet. Ik weet
niet of hij al blijven slapen is.
Ik geloof niet dat Levine dat zou
willen.
VICTOR
Ze heeft hem genomen om van straat
te zijn. Kan ik daar aan doen.
IDA
Dat weet je zelf goed genoeg.
FADE-OUT
FADE-IN
EXT. OPRIT BOERDERIJ BUREN DAG
Op de oprit
stopt een auto. Wiske stapt uit, neemt plastic tassen met haar aankopen van de
achterbank en loopt naar binnen. De man achter het stuur stapt niet eens uit om
een hand toe te steken. Hij vertrekt weer zonder met zijn hand te groeten.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. WOONKAMER CASTEELS DAG
VICTOR
(komt binnen) Wel, ik heb gezien
dat je
kennis
hebt.
WISKE
En
heeft meneer daar wat tegen? Michel
komt al
drie maanden thuis. Dat wist je
niet
zeker? Ach ja, meneer werkt in
Brussel.
Had je gedacht dat ik zou
wachten
tot ik in het zaad stond,
Fikker?
Je hebt nooit naar mij omgekeken.
VICTOR
Hij
heet dus Michel. Ik kon in het
verre
Brussel niet weten dat…
WISKE
Het
verre Brussel is Amerika niet,
ventje.
Is het je daar niet meegevallen?
Willen
de schijtkutten niet naar je
kijken?
VICTOR
Aan
elke vinger een.
LEVINE
(komt binnen) Louise heeft
een vrijer.
VICTOR
Hoezo?
LEVINE
Doe
niet onnozel, Fikker.
VICTOR
Wanneer
trouwen jullie?
LEVINE
Zwijg
van trouwen, die zot wil met
ons
Louise apart gaan wonen, waar is
dat
voor nodig, hier is plaats genoeg
en ik
wil dat niet dat ze in zonde
leeft.
LOUISE
Niet
overdrijven, ma. De tijden zijn
veranderd.
DISSOLVE
FADE-IN
Victor moet
knarsetandend toezien hoe in het weekend Louise meerijdt met Michel en lange
uren wegblijft.
INT. KANTOOR DAG
VICTOR
(zit achter zijn desk in het niets te staren)
(V.O.) Maandag, sombere maandag.
De
cijfertjes
dansen voor mijn ogen. Vier
jaargetijden
heb ik geloofd dat ik
binnen
twee, drie weken zou zijn
bijgewerkt,
dat een rustiger tijdperk
zou intreden,
er komt niets van.
FADE-OUT
FADE-IN
MOTAGE
EXT. IN DE NATUUR DAG
VICTOR
(beelden van de natuur en het leven op het
platteland) (V.O.) Nu opent de lente en
ben ik
aangevreten door een groot en
onbedwingbaar
verlangen naar het echte
leven,
de gewone dagelijkse doen, eten,
drinken,
even de handen uit de mouwen
steken,
bij iemand van het andere
geslacht
slapen, en vrije tijd. Als
dat mogelijk
is in een wereld die
overhelt
van de kapitalen, een wereld
waarin
in tijden van grote overschotten
de
grootste nood wordt geleden, ondanks
een
wetenschap die economie heet en de
wonderen
van de Masters of Business
Administration.
En Marx en Engels die
de arbeid
heilig hebben verklaard en
de socialisten
die arbeid een feestdag
waard vinden.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KANTOOR DAG
AGNES
(komt in zijn kamer en legt een bundel papieren
op zijn bureaublad. Victor zoekt naar iets in de
onderste la van zijn bureau) Spreek
je niet
meer tegen
mij.
VICTOR
Niet
meer dan nodig. Het is gevaarlijk
het liefje
van de baas wat in de weg te
leggen,
aantrekkelijke meid.
AGNES
Bedankt.
Maar als je uit de gratie valt
van
Walter is dat niet mijn schuld,
dat
doe je jezelf aan.
VICTOR
Omdat
ik een menswaardig leven wil en
me
niet meer uit de naad werk als
Walter
met jou op stap gaat. Ik wil
tijd
voor mezelf, ik zou een meisje
voor
mezelf willen, ik heb ook mijn
verlangens
en behoeften.
AGNES
Dan
moet je die maar voldoen, maar
niet
met mij.
VICTOR
Neen
dat weet ik. Mag ik nu verder
werken.
Ik wil bijtijds weg.
AGNES
(bij de deur) Op mij moet
je niet rekenen
voor een
goed woord bij Walter. Werken
doe je
nog nauwelijks.
VICTOR
Als ik
op een goed woord moet rekenen
van
iemand als jij sta ik er goed op.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. KAMER MEISJE AVOND
Victor is op
de kamer bij het meisje van op de trap. Ze drinken samen een glas champagne. Ze
kleedt zich volledig uit en troont hem mee de slaapkamer in. Ze gaat geweldig
te keer.
FADE-OUT
FADE-IN
INT.. KAMER VICTOR AVOND
VICTOR
(kijkt in zijn portefeuille)(V.O.) Dat
heeft
me veel
geld gekost. Maar niemand werkt
nog
voor niets behalve ik en de prijs
was de
hemelse les in leven en liefde
meer
dan waard. Ik heb de
levensdrang
gekocht, de passie
voor
seks,de uiteindelijke zin
van
het leven. Wat ben ik weer
filosofisch
bezig.
FADE-OUT
FADE-IN
INT.
KANTOOR DAG
WALTER
(komt binnen) Zat je weer te
dromen. Je
toestand
wordt heel onzeker, meneer
Victor,
heel onzeker, je verzaakt je
plichten.
VICTOR
Ik doe meer dan mijn plicht.
En ik ben
hier niet de
verzekeringsspecialist.
Laat iemand anders maar
uitzoeken wat
mixed policy en bumbershoot
betekenen.
Vrijdag om vijf uur stipt
kun je mij
hier niet meer doodslaan.
WALTER
(trekt zich hoofdschuddend terug, mompelt)
En jij
had hier een toekomst uit de
duizend.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. TUIN DAG
VICTOR
(loopt de tuin in, Louise komt hun tuin in en
wandelt op hem toe) Luister Wiske, ik ga
je wat
vertellen.
Een jaar, vier jaargetijden heb ik
geloofd
dat ik op mijn werk binnen twee, drie
weken
zou bijgewerkt zijn, dat een rustiger
tijd
zou intreden, meer tijd om aan mezelf te
denken.
Ik bleef doorwroeten maar met de
nieuwe
lente werd ik aangevreten door een
groot
en onbedwingbaar verlangen naar
het
echte leven, het gewone dagelijkse
doen,
eten, drinken, even de handen
uit de
mouwen steken, seks hebben met
iemand
van het andere geslacht en
tijd
hebben voor mezelf.
WISKE
Sinds
wanneer ben je redenaar geworden,
heb je
in de stad zo leren praten.
VICTOR
Niet
altijd afgeven op de stad. Het
zijn de
woorden van iemand die liever
schrijver
wou zijn dan cijferaar.
Maar
mag ik vragen, waarom ben je
niet
weg met je vriendje?
WISKE
(schaterlacht) Ik heb het
uitgemaakt.
We
zijn gisteren gaan dansen en hij
danste
te dicht met andere teven, zijn
neus
in hun oor, dat kon ik niet goed
verdragen.
En daarbij heb ik hem
gezegd
dat wij niet rijk zijn. Kleine
boeren,
meer niet. Je had zijn gezicht
moeten
zien.
VICTOR
Wat had je in die knul
gezien.
WISKE
Zijn
auto.ik kon overal naartoe, in
het
dorp is er niets meer te beleven.
Ik heb
ook een leven. Waar zat jij.
VICTOR
Ik heb
geen antwoord. Ik koop een auto.
Ik blijf
niet in Brussel, ik boor me
daar
de grond in, de depressies
vliegen
er rond mijn oren. Op de
boerderij
hier is altijd wat te doen
en ik vind
wel een baantje zonder
toekomst,
nooit wil ik nog werken
voor
een grote toekomst en een grote
verantwoordelijkheid.
En wat
bijverdienen
als boekhouder, dat
moet
het zijn.
WISKE
Op de
boerderij is wel altijd wat te
doen,
maar een tweede gezin kan er
niet
op bestaan.
VICTOR
Dat
weet ik al van toen ik nog in
fluitjesbroek
liep en jij met een
strik in
je haar, maar ik vind wel
een
baantje van niks.
WISKE
In het
dorp heb ik gehoord dat ze
iemand
zoeken op het gemeentehuis,
iemand
met een goede geleerdheid.
VICTOR
Ik heb
een goede geleerdheid. Ik
zal
het met minder moeten stellen
dan
met wat ik nu verdien.
WISKE
Je
kunt opklimmen. Het Openbaar Centrum
voor
Maatschappelijk Welzijn
bijvoorbeeld,
daar kun je veel goed
werk
doen.
VICTOR
Wat
komt eerst: trouwen of een andere
baan. Dat
is de grote vraag.
WISKE
Trouwen, wie heeft er iets gezegd van
trouwen. We zijn niet eens verloofd.
(pakt Victor om zijn middel, versmacht hem
bijna) Dat
moeten we onze ouders gaan
vertellen.
Ma die springt zo hoog.
VICTOR
Mijn
moeder nog hoger.
VICTOR
Wat zou ik doen? Eerst ander
werk
zoeken voordat ik mijn
ontslag geef
of er maandag meteen mee gedaan
maken.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. HOF BOERDERIJ DAG
Flor, Levine,
Ida en Mane staan bijeen en lachen.
MANE
Trouwen.
Is het van moeten?
LEVINE
Ze
hebben elkaar nog niet aangeraakt
van
toen ze kinderen waren. We moeten
het
feest nog regelen.
MANE
Niet
te veel volk.
LEVINE
Daar
heb jij niets aan te zeggen. Heel
veel volk
zal er komen, wij hebben
vier
zonen die zijn uit het huis en
een
dochter. Ze kunnen bij ons blijven
inwonen
tot ze een huis gevonden hebben.
FLOR
Als ze
slim zijn vinden ze niets, het
is
hier goed wonen met Levine.
(pakt
zijn vrouw om het middel).
LEVINE
Het is
al lang goed, ouwe zot.
IDA
Bij
ons inwonen kan ook.
MANE
Waar
spelen wij ons nu al mee af, de
trouw
is nog niet eens afgekondigd.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. KANTOOR WALTER DAG
VICTOR staat
voor bureau van W Walter Distelveld.
WALTER
Vertrekken
zonder vooropzeg gaat je
geld kosten,
meneer Goethals. Een
werknemer
heeft rechten maar een
werkgever
heeft die ook.
VICTOR
Toe
Walter, laat het zo. Ik ga niet
naar de
concurrentie en je hebt
vervangers
in reserve die staan aan
te
schuiven om morgen te beginnen.
Met al die voorbereidselen van
mijn
huwelijk ben ik er met mijn hoofd
niet meer
bij en heb ik geen tijd om
goed
werk te leveren
WALTER
Wat ga
je doen met je diploma en je
onmiskenbare
mogelijkheden om moeilijk
en goedbetaald
werk te doen. Welke
baan
heb je gevonden die beter zou
zijn
als deze hier.
VICTOR
Je
zult me gek verklaren Walter, maar
de
kans is groot dat ik eenvoudig
klerk
wordt op de gemeente, enveloppen
toeplakken,
zegels kleven, aan het
loket
de mensen te woord staan, de
vloer
schoon houden, van die dingen.
WALTER
Ik verklaar je
inderdaad gek, maar nog
niet gek genoeg om
je te laten opsluiten.
In elk geval veel
geluk, ik laat je gaan.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. MOESTUIN DAG
VICTOR
(staar
nog steeds rusten te rusten op
zijn
hak) (V.O.) Ik heb nu drie
kinderen. Een
jongen, een meisje
en nog een jongen.
De oudste zit
op de universiteit,
de twee
volgende zitten nog
in het
middelbaar. Ik
verzorg goed mijn
buikje
en Wiske mijn lieve vrouw
speelt
niet mis. Interpecunia
heeft
mij een jaar van mijn leven
gekost. Een harde leerschool. Ik
heb
die firma alles gegeven, niets
was mij
te veel maar juist op tijd
is het
tot mij doorgedrongen dat
werkverslaving,
geldingdrang,
carrièrejacht
en andere valse
roepingen
nergens toe leiden en
mij
aan de rand van een ernstige
gedragsstoornis
hadden gebracht.
Ik ben
niet op de wereld gezet
om
dolgedraaid te pezen, mijn
leven
lang getallen in te vullen
op
onbegrijpelijke formulieren en
opgeklopte
bedrijfsresultaten
voort
te brengen ten behoeve van
de aandeelhouders
die op hun
jachten
op de buit zitten te
wachten.
Nu geniet ik van een
gezapige
arbeidsvreugde in een
baantje
onder de waarde van mijn
diploma.
Ik ben ontsnapt aan
woestelingen
als overspanning,
depressie,
moedeloosheid,
zelfbedrog,
vervreemding,
zinsverbijstering
en de rest van
de
plagen die ons belagen als we
slaafs
gevolg blijven geven aan de
bijbeltekst
die zegt dat wij in het
zweet
ons aanschijns ons brood
moeten
verdienen. Ik was er klaar
voor
om mij debiel te werken. (doet
een paar bewegingen met de hak) (V.O.)
Al zeg
ik het van mezelf, ik heb van
de
natuur een paar afwijkende, over
het algemeen
goede eigenschappen
meegekregen,
onder andere mijn
opgewekte
kijk op het leven, mijn
hulpvaardigheid,
beperkte werklust,
afschuw
van fanatici, nationalisten,
onrecht
en alles wat met misdrijf
ook
leugens om bestwil. Ik ben een
zachtmoedige
en nu is het tijd om
naar
rusthuis Zilverschoon te rijden.
Als
klerk van het OCMW heeft de
secretaris
mij verantwoordelijk
gesteld
voor het rusthuis. Dat komt
goed
uit, daar kan ik veel goed
werk
doen.
Louise dik
maar niet moddervet, komt in de tuin tot bij Victor.
WISKE
Fikker,
het ontbijt staat gereed. Het
is
bijna tijd om te vertrekken.
VICTOR
Ik
kom, staat de koffie gereed?
WISKE
Wat heb
ik gezegd.
VICTOR (V.O.)
Zo is
Wiske, altijd in de weer, maar
ze kan
van niets afblijven, altijd
een
koekje, een chocolaatje. Een
keurslijf
wil ze niet, op de vetband
om
haar middel heb ik greep, dat is
mijn
reddingsboei als ze in bed op
mij
komt, overweldigend, haar borsten
als uiers
zo groot die over mijn
gezicht
gaan. Ik ben verliefd op mijn
Wiske
en op het stuk grond van mijn
schoonouders
dat ik af en toe, niet
overdrijven,
mee help bewerken als ik
tijd
heb. Ik heb het eerder nog niet
willen
zeggen maar op mijn kamer in
mijn ouders
huis, waar ik wat klein
administratief
werk doe, schrijf ik
stiekem
verhalen, maar mijn schrijverij
wil
niet vlotten, verder dan een
verhaal
kom ik niet, een roman
ligt
buiten mijn bereik.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. WOONKAMER DAG
VICTOR
(aan de ontbijttafel) Ik rij
nu eerst
over de
dijk naar rusthuis
Zilverschoon
en dan naar het
gemeentehuis.
Tegen de middag ben
ik
thuis.
DISSOLVE
FADE-IN
Victor Goethals rijdt met zijn fiets over een veldweg en komt
bij de brug over een rivier. Bij de brug op de dijk staat een klein huis. De
bewoonster, MELANIE VLOEBERGHS staat in de deur, een niet onaantrekkelijke niet
meer al te jonge dame.
VICTOR
(salueert met een hand aan een wenkbrauw)
Goede morgen Melanie, vroeg op.
MELANIE
Goede morgen, kom even binnen voor een
kop koffie.
VICTOR
Ik kom van de koffietafel Melanie, een
andere keer misschien.
MELANIE
Je bent toch niet bang van mij.
VICTOR
Moet dat. (fietst verder) (V.O) Zij lust
de mannen rauw. Waag je niet in haar
hol. (komt aan een pad dat van de dijk naar
beneden voert, een aantrekkelijke vrouw,
EMILY BOSMANS staat hem op te wachten.
Victor springt uit het zadel en krijgt
van Emily een wangzoen.)
VICTOR
Is dat alles wat ik krijg. (met zijn ene
hand haalt hij Emily naar zich toe en wil
haar op haar mond kussen)
EMILY
(duwt hem af) Hier
niet in het volle
gezicht van iedereen. De
hoofdverpleegster van een rusthuis moet
zich op haar stuk houden.
VICTOR
De hoogbekwame hoofdverpleegster van
Zilverschoon.
EMILY
Ik heb mij al altijd afgevraagd waar
die naam Zilverschoon vandaan komt.
VICTOR
Die naam heb ik gegeven. De baron die
het kasteel laten bouwen heeft had er
de lugubere naam Wolvendonck aan
gegeven. Ik vond die naam niet passen
voor een tehuis voor ouden van dagen.
Ik heb de naam Zilverschoon gegeven
toen het kasteel in handen kwam van
de gemeente. De naam zilverschoon
zinspeelt op de zilveren haren en de
schone oude dag van de ouderlingen in
het home en op de plant potentilla
anserina, een ganzerik met van onder
zilverwit behaarde bladen en gele
bloemetjes. (loopt een eindje het jaagpad
op en zoekt naar een plant. hij vindt wat
hij zoekt, pluk een stengel van de plant en
komt er mee naar Emily) Deze wilde plant
komt voor op kweldergrond zoals op de
dijk. Vroeger werd de plant gebruikt
in de kruidengeneeskunde tegen allerlei
vaag beschreven kwalen en het is niet
zeker dat hij zou helpen tegen de
echte ziekten waar ze in Zilverschoon
niet om verlegen zitten, van
longemfyseem tot longoedeem, van
kwaadaardige verstopping tot
onstilbare slappe dunne en vele
andere kwalen die dodelijk kunnen
zijn voor mensen van vijfenzeventig
en ouder. Dat is zorg voor de
hoofdverpleegster.
EMILY
En voor de arts. We hebben een dokter
in het dorp die dag en nacht gereed
staat om te komen.
Emily en Victor dalen samen het pad af en lopen naar het
rusthuis. In de tuin lopen ze op DOLF MALFAIT, een man die naar de 70 jaar
toegaat, die staat te harken om het tuinpad schoon te houden.
VICTOR
Dolf weet niet van ophouden. Hij is
met het kasteel vergroeid. Altijd komt
hij terug op de schat van de baron die
hier ergens zou begraven liggen.
EMILY
(blijft staan praten met twee oudjes en
Victor
gaat binnen. bij de ingangsdeur staat een
oude
man die probeert buiten te glippen)
VICTOR
(houdt hem tegen en leidt hem naar zijn
zetel)
Neen Jan, alleen mag je niet buiten.
Als je in de vijver sukkelt moet je
verdrinken want je kunt niet zwemmen
en dat willen we niet meemaken.
JAN
Jij bent een gemene kerel. (druipt af)
Aan een
tafel zitten vier OUDJES te kaarten. Een OUDJE zit er mokkend bij, ze mag niet
meedoen.
OUDJE
Als ik
mag meedoen, zal ik mijn kaarten
niet meer
verraden.
De anderen
doen dat ze haar niet horen. In een andere stoel, apart gezet, zit een ander OUDJE
luid weesgegroeten en onzevaders te bidden. Nog een ANDER zingt: o was ik maar bij moeder thuis gebleven.
Een oude MAN is met
zijn looprek onderweg en zegt luid: ‘t is ‘t hopen dat
ik het haal. De OEFENMEESTER is op stap met een VROUWTJE van in de negentig.
Het vrouwtje klampt zich aan hem vast en herhaalt bij elke stap: Ik ben blind en kan niet meer alleen gaan maar ik
heb nog al mijn verstand.
VICTOR
(loopt de trap op naar zijn kantoortje op het
eerste. zijn venster staat open en van daar kijkt
hij naar het park, de vijver en het wandelpad
omheen de vijver. daar zitten de ouden van dagen
die nog kunnen lopen, alleen, in paren en in
groepjes. twee oudjes die op het pad wandelen
wuiven naar hem en blijven koekoek roepen tot
hij naar hen kijkt en terugwuift)
EMILY
(Emily klopt en komt binnen) Tijd om de
menu’s van de week te overlopen en
enkele routinezaken te bespreken.
VICTOR
Lekker eten is de laatste vreugde die wij
de oudjes kunnen bieden. De beste kost is
niet goed genoeg, verse groente en fruit,
gekeurd vlees en gezonde toetjes, voor
minder doen wij het niet.
EMILY
Ja, die les ken ik. Er is weer ruzie
geweest tussen Rosalie en Clementine die
op dezelfde kamer slapen, ze hebben aan
elkaars haar getrokken, we zullen ze
apart moeten leggen. Ik heb gehoord van
gevallen waarbij man en vrouw op
gevorderde leeftijd die in dezelfde
kamer verbleven, elkaar naar het leven
stonden.
(staat op, loopt naar de deur en gaat buiten)
DISSOLVE
Geen opmerkingen:
Een reactie posten