GILBERT SERVAES EN MARIANNE
LIEBAERT
Derde aflevering van
MEER MOGEN WE NIET VERLANGEN
Originele
script voor
5 afleveringen van een dramatische
Tv-serie
Geschreven
door
Jules De Cort
---
SYNOPSIS
In de gelagzaal van een café zitten drie stamgasten samen. Een
ervan vertelt het verhaal van Gilbert Servaes. Servaes is boekhouder in een
handel in sanitaire installaties en is getrouwd met Marianne Liebaert. Zijn
hele pubertijd en jonge volwassenheid is hij smoorverliefd geweest op Marianne
die hem altijd te min heeft gevonden en er mee in haar maag zat dat hij achter
haar kwam. Ze is uit op avontuur tot ze zwanger raakt en de mogelijke vader van
haar niet wil weten. Vader Liebaert krijgt met lichte dwang Gilbert er toe met
zijn dochter te trouwen. Ze krijgt een miskraam en het huwelijk is een hel voor
Gilbert. Ze krijgen een zoon, Cliff, maar Gilbert is niet zeker dat het zijn
zoon is. Hij is het leven met Marianne zo beu dat hij op een dag besluit haar
te verlaten.
FADE-IN
INT. GELAGZAAL
CAFE DE STATIE DAG
De meeste stamgasten zijn aanwezig. Aan hun gewone tafel zitten
VICTOR GOETHALS, CONSTANT MICHIELS en ERNEST BELLEKENS. Aan de toog staan de
habitués KOZZE DE SMID, GERMAIN DE STOFFEERDER, ODIEL DE LOODGIETER, ZWETTE JEF
de postbode, PHILIP FLUP VRIJDERS, een aan lager wal geraakte meester op de
saxofoon en andere wisselende gasten.
Aan aparte tafeltjes zitten OSCAR KARRE VERBINNEN, een
ondergeschikte bediende van het gemeentehuis en BORIS DICKTUS, bijgenaamd de
Mandarijn, een gepensioneerde met dwanggedachten.
Aan hun gewone tafel zitten VICTOR GOETHALS, CONSTANT MICHIELS
eN ERNEST BELLEKENS.
Achter de tapkast staan ISIDOOR de waard en zijn niet
onaantrekkelijke vrouw GABRIELLA.
GERMAIN
Vik,
ben jij een belangrijke gebeurtenis
aan
het opschrijven.
KOZZE
Het
zijn je zaken niet, Germain.
VICTOR
Hij
mag gerust vragen stellen, ik ben geen
geheimschrijver.
Ik neem gewoon nota van wat
hier
gezegd en gedaan wordt om er later een
verhaal
over te schrijven. Grote schrijvers
hebben
dat voor mij gedaan.
GERMAIN
Dat
zal wat worden.
CONSTANT
Heb je
al wat klaar liggen. Waarom stuur
je het
niet naar een uitgever.
VICTOR
Dat
komt nog. Ik heb al veel opgeschreven
over
Gilbert Servaes die ik geregeld zie
in het
rusthuis, de man of ex-man van
Marianne
Liebaert. Die zijn een tijd
geleden
uiteen gegaan, of liever, Gilbert
is
zelf vertrokken. Met zijn verhaal en
mijn
verbeelding heb ik er wat van
gemaakt,
zonder verbeelding krijg
je
geen goed verhaal verteld. Het is
begonnen
...
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KANTOOR DAG
De
boekhoudafdeling van de firma Sanifont, groothandel in sanitaire installaties
in een handelsgebouw in Brussel. Een tiental bureaus voorzien van
rekenmachines, computerschermen, telefoons, mappen en blocnotes. De fut lijkt
uit de afdeling van chef boekhouder GILBERT SERVAES. Hij zit aan de desk
vooraan, de andere desks staan in twee rijen voor hem. Er zijn twee ramen met
uitzicht op de straat. CHANTAL en JOSIANE staan bij een venster naar buiten te
kijken en te wijzen naar de zomertoiletjes, Dikke MARIETTE, over DAAN gebogen,
bijt in een suikerwafel, PAULA belt met een vriendin en ROBERT en WILLEM hebben
als alibi een map tussen hun beiden liggen en bespreken heftig de grove
blunders van de regering. JULIE gaat naar Chantal en Josiane. Servaes, een
goede meter vijfentachtig, een gezonde huidskleur, bruine bles en blauwe ogen,
ziet eruit als de degelijkheid zelf die veel vrouwen uit hun kleren zou kunnen
charmeren. Hij is de enige die nog werkt. Julie, de nieuwe aanwinst, trekt zijn
aandacht, het is hem aan te zien dat hij op haar zou kunnen kwijlen. De vrouwen
hebben hun feestjurken aan, Mariette een roodbruine rok met oranje ruiten, die
haar achterste nog breder maakt. Julie steekt iedereen de loef af, ze draagt
een tweestuks van lichtviolette, zijdeachtige stof. De motieven van haar kanten
bustehouder tekenen zich af doorheen de blouse.
GILBERT
(kijkt op zijn polshorloge) Het is half twaalf
en niemand lijkt er nog zin in te hebben.
We stoppen ermee, het is vrijdag. Om drie
uur stipt begint het personeelsfeest in
de refter, als altijd.
JULIE
(gaat weg van het venster en in een open
ruimte draait ze een pirouette en laat haar
lange benen en hoog uitgesneden slipje
bewonderen)
GILBERT
Doe dat straks maar niet op het feest als
de bazen er bij zijn.
JULIE
De bazen, die vragen een bisnummer.
De
personeelsleden ruimen hun bureaus op en lopen in groep de kantoorkamer uit.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. PLEIN
DAG
Via
zebrapaden en vluchtheuvels steken de negen het plein over onder de blik van
het meer dan levensgrote bronzen standbeeld van veldmaarschalk Montgomery.
GILBERT
Die
kerel dubbel zo groot als in het
echt kan
de mallemolen van het verkeer
beschouwen
zoals vroeger het slachtveld.
Hier
zouden de terracotta’s moeten
staan
van de honderdduizenden Britse
jongens
die hij voor ons de dood injoeg en
die in
hun kort leven niets anders gekend
hebben
dan bloedvergieten, rassenhaat en
nationalistische
koenheid, kwalen die nu
weer om
zich grijpen alsof er geen twee
wereldoorlogen
zijn geweest. Als alle
gewone
mensen zich verenigden zouden we
daar
een einde aan kunnen maken en zou
iedereen
op de hele wereld eten genoeg
hebben
zonder er te moeten voor vechten.
JULIE
Zo ken
ik je niet, chef.
WILLEM
Je had
redenaar moeten worden chef.
Aan de
winkelgalerijen blijven ze staan om te overleggen.
WILLEM
Ga je mee een glas drinken, de wijfjes
gaan de etalages afdweilen en daar doen
wij niet aan mee.
JULIE
Ik ga in de zon zitten en maak mijn
benen bloot tot hier.
GILBERT
Drinken kan ik straks nog genoeg ik blijf
bij Julie.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. LAAN DAG
Julie en
Gilbert wandelen naast elkaar op de grote laan naar het Jubelpark.
GILBERT
Vier, vijf glazen kort na elkaar drinken,
neen, niets voor mij. Dan moet je aaneen
gaan plassen en kun je de vrouwen niet
met rust laten. In hun billen knijpen en
een klap in je gezicht krijgen.
JULIE
Sommige vrouwen willen dat je ze versiert.
GILBERT
Versieren is voor mij een nieuw woord en
een nieuw begrip dat jij hebt ingevoerd.
Betekent het niet met iemand naar bed
willen aan.
JULIE
En jij hebt die drang nooit gevoeld, als
chef van een afdeling met meer vrouwen
dan mannen en het voorkomen van een sultan.
GILBERT
Neen, niet zo. Of toch, ja, maar er nooit
aan toegegeven.
FADE-OUT
FADE-IN
EXT. PARK DAG
Op een bank
in het park tegen de achtergrond van de triomfboog met de vier bronzen paarden
zijn Julie en Gilbert de enige gekken die in de laaiende zon op een witte bank
zitten. Julie loopt naar de fontein en laat de waterdruppels op haar gezicht en
armen spatten. Ze komt terug naast Gilbert zitten kijken naar de duiven die
grintsteentjes oppikken.
GILBERT
Als ik jou zo bezie, Julie, naakt zou je
die bronzen paarden van de triomfboog
kunnen doen springen.
JULIE
Niet te hard aandringen of
ik doe het.
Muziek van
een koperensemble waait aan. Het is de kop van een kleine optocht van jongens
en meisjes met witgeschilderde gezichten, grote pruiken van touw en papieren
jassen in bonte kleuren. Op een bord roepen ze op tot de massabetoging tegen
het globalisme en tegen de armoede.
GILBERT
Rustverstoorders,
bende verrukkelijke
rustverstoorders,
ik wilde dat ik muzikant
was in
plaats van cijferaar. Zij komen
tenminste
op tegen de misleiding door
schijnfilosofen,
tegen het bestelen en
uitbuiting
door de geldmacht.
JULIE
Dat
zouden de bazen niet graag horen, ze
zouden
nog beter verdragen dat je met hun
vrouw
naar bed ging in plaats van je
gepraat.
GILBERT
Je
bent de vrouw van de baas niet.
JULIE
Aan
het monument van de generaal was je
een pacifist
of zelfs collectivist maar
op kantoor
werk je je uit de naad voor
een kapitalist.
Ben je bang dat ik je bij
Fonteyne
ga aanklagen als ondergraver van
de
vrije markt
GILBERT
Hoe
kun jij zo praten. Je woont te
Jezus-Eik
in de residentiële wijk in
een villa
met lustwarande. Je man heeft
het
ver gebracht en het gerucht doet de
ronde
dat hij een zakenrelatie is van
Fonteyne,
directeur-generaal en enig
aandeelhouder
van Sanifont. Die heeft
ervoor
gezorgd dat jij bij Sanifont
aan de
slag kon. Niemand begrijpt
waarom
zulk een vrije vogel zich
een hele
dag, hele weken, laat
inkooien.
JULIE
Wees
gerust, mijn hart en ziel zijn bij
die
rustverstoorders, wat opstandigheid
kan geen
kwaad. Kom, we laten alles
achter
en sluiten aan bij de beweging.
Ik ben
geen leeghoofdig luxepaard,
vriendje.
GILBERT
Dat
lijkt me. Ken jij de beweging. Kom,
we moeten
gaan.
JULIE
We
mogen zeker niet te laat komen, een
chef moet
stipt zijn.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. REFTER DAG
Alle
personeelsleden en genodigden zijn in de refter voor het feestmaal. Gilbert gaat
naast Julie zitten aan een van de lange tafels. Aan de eretafel op het verhoog
zitten de hoge genodigden. Het valt Servaes op dat de grote baas Fonteyne onheus
veel in de richting van Julie kijkt.
GILBERT
De
grote baas houdt je in de gaten, wat
wil Fonteyne
van jou.
JULIE
Met
mij naar bed,
dat is toch duidelijk
en dat
weet toch iedereen.
GILBERT
Ik
weet dat niet maar de bazen krijgen
altijd
de beste brokken.
JULIE
Bedoel
je mij. Ik ben geen brok.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. REFTER DAG
MONTAGE
Het is een
keurige maaltijd, er is op geen kosten gezien. Gerookte edele vissoorten met
geroosterde boterhammetjes als voorgerecht, kervelsoep met aspergepunten uit
Bulgaars blik, vier soorten geroosterd vlees met kleine porties peulen,
boontjes, worteltjes, jam van rode sjalotjes en aardappelknikkers, als toetje
een flinke hap taart. Het afzakkertje in de vorm van een miniatuurflesje sterke
drank staat op de gedekte tafels. Bols kan onderhands worden geruild tegen
Elixir d’Anvers of Grand Marnier. De broeksriemen staan gespannen, de gezichten
blinken, tijd om de tafels aan de kant te schuiven, de discobar aan te
zwengelen en de benen uit te slaan. De eregenodigden verlaten na het eten de
feestzitting en Fonteyne is mee. De diskjockey heeft een brede kijk op het
dansgebeuren en speelt bezadigd of swingerig. Bij gedempt licht danst Gilbert
een trage met Julie. Hij houdt haar vast op haar heupen, zij vormen een blok,
zetten nauwelijks een voet buiten hun plavuis. De avond ontpopt zich tot een
lichte orgie, een milde storing die hier en daar wat schade kan aanrichten, wat
verspreide, niet eens meetbare verliefdheid. Gilbert voelt de verstevigers van
haar beha door zijn hemd heen.
JULIE
Dat is
mijn beha niet, dat zijn mijn
joekels.
GILBERT
Weer een woord om in te lijsten. Meisje
toch. Waar ben je mee bezig. Het regent
hormonen op mijn hart, Julie. Het arme
werktuig heeft in geen 18 jaar nog met
liefdesgeluk te maken gehad, dat hoge
hartritme is geleden van toen Marianne
mij voor het eerst te grazen nam, dat
is een uitdrukking die ik rijk ben.
Tromgeroffel
maakt een einde aan het intieme dansmoment, het is tijd voor de kusjesdans, in
een cirkel lopen, een stropdas om de hals van iemand uit de rei leggen en de
gestrikte evenmens geknield zoenen. Als chef de bureau houdt Gilbert zich
liever op zijn stuk en gaat aan tafel zitten. Hij denkt dat Julie met hem mee is
en dan ziet hij haar bij de deur, bij Fonteyne die is weergekeerd. Ze komt naar
de tafel bij Gilbert.
JULIE
Fonteyne
wil me naar huis doen.
GIBERT
Is het
van dat.
JULIE
(neemt haar handtas en haar jasje dat over de
rug van een stoel hangt) Bedankt
voor je
achterdocht, ik pak gewoon mijn boeltje
en rij
naar huis in mijn eigen wagen.
Ik ben
geen vagina op lange benen Ik
heb
opgezegd. Ook een babe kan een
roeping
en een ideaal hebben. Misschien
ook
iets voor jou met je
antikapitalistische
stuiptrekkingen.
Bel
mij en je krijgt een goed adres.
Gilbert kijkt
naar zijn jeneverflesje, kan niets zeggen. Zijn oog valt op dikke Mariette, het
kind zit eenzaam aan een tafel zwaarlijvig te zijn. Ze is uit de kusjesdans gestapt,
niemand is haar met een stropdas of een broeksriem komen ophalen. Servaes gaat
bij haar zitten.
MARIETTE
Julie
heeft het druk met Fonteyne.
GILBERT
De
hardnekkige geruchten dat het tussen
die
twee klikt zijn vals. Ze is naar huis
zonder
nog terug te komen.
MARIETTE
Ze maakt de mensen
in je dienst afgunstig.
Ze heeft iets over
haar.
GILBERT
Ze is
een schoonheid en ze heeft
opgezegd,
om duidelijk te zijn. Als
de
vrouwen afgunstig zijn op haar
zou
dat moeten betekenen dat ze om
mij
geven. Wat een eer. Ik voel mij
daarbij
goed. Dansen we.
Gilbert danst
een slow met Mariette en laat zijn handen rusten op haar achterwerk.
GILBERT
Hoe
kom je thuis?
MARIETTE
Met
een taxi, mijn broer en mijn vader
hebben
geen tijd en Willem jaagt op
Chantal.
GILBERT
Voor
mij is het een kleine omweg, ik
breng
je naar huis. Een taxi van hier
naar
bij je thuis kost je een half
maandloon.
MARIETTE
Merci
chef. (neigt haar
hoofd op zijn schouder)
Ze wiebelt
met haar heupen, Gilbert drukt haar vast tegen zich aan. Mariette blikte hem
dankbaar in zijn ogen alsof zij iets voelt. Het is laat geworden en het feest sterft
uit. Koppels die wat van plan zijn hebben zich gevormd. Een collega vraagt
Mariette en Gilbert mee naar de bar ‘Le Cocu’ maar Mariette heeft geen zin,
Gilbert al evenmin.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. AUTO NACHT
Op de
autoweg. Gilbert rijdt rustig tegen 100 per uur. Mariette gaat met een
voorzichtige hand in zijn gulp. Gilbert laat het stuur met een hand los en
wrikt zijn rechterhand tussen haar dijen. Gilbert stopt op een parking. Mariette
heeft haar jurk losgeknoopt, haar beha losgemaakt en haar borsten de vrije loop
gelaten. Ze buigt zich over Gilbert en geeft hem een pijpbeurt. Hij masseert
haar tussen haar benen. Daarna schikken ze hun kleren en Gilbert rijdt verder.
MARIETTE
Je hebt nogal een paal, een deegrol is
daar niets tegen. Spijtig dat ik mijn
vriendinnen dat niet kan vertellen.
GILBERT
Ben je
gek. Zo te horen was ik de eerste
niet, waar
heb jij die ervaring opgedaan?
En je
krijgt hem toch niet mee naar huis.
(V.O.) Naar huis,
ik zou
nog liever inschepen voor de
Zuidpool,
en daar is het nu winter.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. SLAAPKAMER NACHT
Gilbert in
pyjama kruipt voorzichtig in bed. Zijn vrouw Marianne ligt met zijn rug naar
hem en doet dat zij slaapt. Als hij met zijn rug naar haar toe ligt doet ze
haar ogen open en trekt een boos gezicht.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. KEUKEN DAG
Gilbert,
zijn vrouw MARIANNE LIEBAERT en hun zoon CLIFF. Het middagmaal stelt niet veel
voor. Dikke aardappelsoep, bloemkool met een dikke, witte saus, slecht afgegoten
aardappelen en worsten die zwemmen in het vet.
CLIFF
Wat
ken jij van film. Je gaat toch niet
beweren
dat Rocky geen magistrale film
is.
Nee, zeg maar niks, het is alleen
maar
zever dat uit je mond komt.
GILBERT
Mij
kan Sylvster Stallone gestolen
worden.
Ik was door schone en diepe
gedachten overweldigd.
CLIFF
Wat
krijgen we nu, dat zit daar te
bologen
alsof hij aan de coke heeft
gezeten.
Waarom trekt hij er niet
uit
met een sekte, dan zijn we er
vanaf.
GILBERT
Zo
lang ik de kosten van je bacchanalen
betaal
zul je mij moeten dulden.
CLIFF
Bacchanalen,
och heer, meneer gebruikt
weer
een woord waarvan hij de betekenis
niet
snapt.
MARIANNE
Hij is
gek geworden. Hij denkt dat hij een
schrijver
is. Weet je wat het grote kind
geschreven
heeft. (haalt een briefje boven en
leest): Zoals blauw nabij grijs zijn
contrastkleur
geel oproept, roept een
uitspraak
als: er stonden een gebakje en
een
bord stront op tafel groter afkeer
op
dan: er lag een stront op tafel.
CLIFF
Om
medelijden mee te hebben. Nu moet ik
weg,
ze kunnen mij in het jeugdhuis niet
missen.
(loopt naar buiten)
GILBERT
Jeugdhuis,
zothuis, tuchthuis, schijthuis.
MARIANNE
Goed
dat Cliff je niet hoort.
GILBERT
Dat
zou wat zijn. Dan zou ik in de hoek
moeten.
MARIANNE
Ik ga
een praatje maken bij de buren, ik
heb hard
genoeg gewerkt. Je weet de
afwas
staan. (loopt naar
buiten)
GILBERT
(staat op van tafel, om zijn mond ligt een
vastberaden trek. loopt de trap op naar de
slaapkamer, gooit een jas, een paar broeken,
hemden en ondergoed op een laken, pakt een
reiskoffer uit het berghok, stopt er zijn
toiletgerief en nog meer kledij in. zoekt
onder de stapels beddengoed en witgoed en
vindt enige banknoten. knoopt het laken toe
en loopt met dit pak en de reiskoffer naar
de garage. laadt de bagage in en opent de
garagepoort. hij rijdt buiten. Marianne staat
enkele huizen verder bij een troepje vrouwen.
ze kijkt onthutst in zijn richting. hij steekt
zijn hoofd buiten, brengt zijn linkerhand
aan zijn neus en doet met zijn vingers alsof
hij trompet speelt. dan rijdt hij weg)
CUT
FADE-IN
INT. AUTO DAG
GILBERT
(zit in zijn auto, en verdwijnt in de bocht.
hij rijdt een eind op de grote weg, vertraagt
en rijdt terug. Hij rijdt weer het dorp in en
stopt voor een klein huis in de rij. stapt
uit,
klopt aan en LENA SERVAES-DEWIT, zijn moeder,
doet open) Moeder,
ha je bent thuis. Mag
ik binnenkomen.
LENA
Waarom
zou jij niet mogen binnenkomen.
FADE-OUT
FADE-IN
INT. WOONKAMER DAG
Geen
al te grote woonkamer. Zo te zien bij gewone mensen, die niets te kort komen
maar geen weelde kennen. Lena Dewit gaat aan de tafel zitten
GILBERT
Moet
jij op zaterdag niet naar Zilverschoon?
LENA
Een
zaterdag op drie ben ik van dienst.
GILBERT
Wat
doe je daar eigenlijk?
LENA
Ik zou
mezelf huishoudster noemen, ik
heb lang
genoeg bij Liebaert gediend
om er
wat van af te weten en er goed
in te
zijn.
GILBERT
Als ik
dat maar kon zeggen van Marianne.
Maar
dat is voor niets meer nodig, ik
ben
weggegaan bij Marianne, moeder.
LENA
Mijn mond valt
er niet echt van open.
Eerlijk, ik had
dit al veel eerder
verwacht, je had
er eigenlijk niet
mogen aan
beginnen.
GILBERT
Jij hebt in haar nooit een goed oog
gehad.
Ik had toen die jaren geleden, naar jou
moeten luisteren.
DISSOLVE
FADE-IN
FLASHBACK
INT. WOONKAMER DAG
Dezelfde
woonkamer. Gilbert Servaes een nog jonge man, knoopt zijn das in een spiegel
die aan de muur naast de buitendeur hangt. Hij draagt een tweestuks pak, is uitgedost
om naar een dansgelegenheid of feestje te gaan. Zijn moeder Lena zit aan de
tafel en houdt hem in de gaten. Ze is halverwege de veertig, ziet er nog zeer
goed uit.
LENA
Loop je nog altijd achter Marianne?
GILBERT
Nog altijd moeder. Ik kan het niet
laten. Een keer moet ze inzien dat ik
de ware ben.
LENA
Ik heb jaren bij haar vader in het
huishouden gediend, toen nadat haar
moeder gestorven is. Ik heb haar
weten geboren worden en opgroeien
tot kleuter en jong meisje. Jij mocht
na schooltijd bij mij blijven bij
Kamiel en je was altijd bezig met
Marianne. Jij las voor uit
sprookjesboeken en speelde samen met
haar broer Filip op het ganzenbord.
Lief is ze geweest tot haar vijftien
jaar
GILBERT
Tot veertien, vijftien jaar waren wij
de beste vriendjes. Dan sloeg haar
karakter om, met haar borstjes kreeg
ze veel pretentie en wilde van mij
niet meer weten. Karakters veranderen,
moeder. Toen hield ze van mij en dat
komt terug. Ben je om haar bij Liebaert
weggegaan. Je bent er nooit blijven
slapen, en ik ook niet. Met de jaren
heb ik Marianne zien groeien tot een
aantrekkelijke jonge vrouw, heb haar
pijpenkrullen zien verknippen tot een
dameskapsel, haar borsten zien zwellen,
haar kontje zien aankomen, hoe meer
vrouw ze werd, hoe krankzinniger
verliefd ik was. Tot haar veertien,
vijftien jaar was ze mij toegedaan,
ik kon grappig voor de dag komen, voor
haar was ik een broer. Moet ik dat zo
maar opgeven? En ze is zo verdomd
aantrekkelijk.
LENA
Ik heb mijn dienst opgezegd nadat ik
toevallig een gesprek had gehoord tussen
Marianne en haar broer Filip. Ze vroeg
Filip of hij er jou niet kon van
afbrengen haar nog langer lastig te
vallen. Die vervelende kloot loopt
altijd in de weg als een student mij
het hof wil maken. Hij gaat toch niet
denken dat ik ooit met hem zal meelopen,
de zoon van een schoonmaakster waarvan
de vader hen heeft laten zitten, dat
zal ook wel niet voor niets geweest
zijn.
GILBERT
En Filip nam mijn verdediging niet op.
Ik heb hem praktisch door de humaniora
gedragen, zijn opstellen in zijn plaats
geschreven.
LENA
Hij heeft je niet gespaard. Ze lachen
je in het hele dorp uit, zoals jij de
hele avond naar haar staat te gapen,
zei hij. Als een hond op een zieke koe.
GILBERT
Praten in clichés, daar is hij altijd
goed in geweest. Hij weet niet eens wat
het betekent.
LENA
Ik vertel je dit met pijn in mijn hart.
Ik heb haar grootgebracht en jij bent
mijn zoon. Ik weet dat het tussen jullie
nooit goed zal komen, voor haar ben je
een vervelende schooier. Zelfs je naam
Gilbert misstaat voor iemand van onze
stand, jij zou Fokke, Swa of Jakke
moeten heten.
GILBERT
Dat heeft ze me zelf ook al gezegd. Ik
weet het met mijn verstand maar niet met
mijn hart dat ik niets voor haar
beteken.
Ik dacht dat jij bij Kamiel bent
weggegaan
omdat hij met jou naar bed wilde. Ben je
met hem naar bed geweest?
LENA
Dat vraagt een zoon niet aan zijn
moeder.
GILBERT
En?
LENA
Hij heeft mij nooit gevraagd om met hem
te trouwen.
GILBERT
Zou je dat gedaan hebben als hij het
gevraagd had? Dan was je mijn moeder en
mijn schoonmoeder kunnen worden.
LENA
Niet te veel woordspelingen jongen. Maar
ik wil de moeder van Marianne niet zijn.
Ze is geen ideale vrouw voor jou,
Gilbert,
ze heeft
pronkers nodig, mooipraters.
Studenten die haar niet meer zien staan
als ze hun diploma op zak hebben en met
haar het hunne hebben gehad. Ze is
tenslotte ook maar de dochter van een
handelaar in sanitair materiaal, niet
echt het ideaal van dokters en
advocaten.
GILBERT
Pispotten en wc-potten.
LENA
En nu ga je naar het bal. Zij is daar
ook natuurlijk.
GILBERT
Het is alle weken bal, moeder. Meestal
is
ze daar. Met haar broer.
LENA
Die broer kijkt naar haar niet om, dat
weet ik van vroeger. De studenten uit
Leuven spelen de baas op die bals en zij
is een studentenliefje die ze aan elkaar
doorspelen. Ze ziet je niet eens staan,
Gilbert. Ik hoor van de mensen dat ze je
in het dorp uitlachen. Dat je soms uren
aan een pilaar haar staat te
achtervolgen met je ogen. Ze denken
zelfs dat je ziek bent. In je hoofd.
Hetzelfde wat ik haar broer tegen
haar heb horen zeggen.
GILBERT
Het is nog erger geweest, dat moet ik
toegeven. Ik zeg het toch, ik heb mij
altijd haar beschermer gevoeld. Ze liep
als kind mee aan mijn hand als we op
wandel gingen. Maar nu zijn er avonden
geweest dat ik haar volgde als ze met
een student naar buiten ging. Ik zag ze
wegrijden in zijn auto en heb soms uren
in een hoekje in de kou op wacht
gestaan om te zien of ze nog thuis kwam.
Dat kon heel laat worden en dan zag ik
haar met de student naar binnen gaan.
Het duurde soms nog een uur tot hij
weer buiten kwam en in de deur stonden
ze elkaar nog een kwartier af te
likken.
LENA
Ik ken het verhaal, jongen. Er is weinig
plezierig aan dat verhaal. Doe er toch
wat aan. Laat toch zo niet met je
sollen.
GILBERT
Ze solt niet met mij, ze ziet mij niet
eens staan, dat is nog erger. Ik vertrek
nu maar naar het bal voordat ik mij laat
bekeren.
LENA
Ooit komt het zo ver. Ik heb gehoord dat
ze een vaste vrijer heeft. Figuren als
Marianne rijden over de tong.
GILBERT
Ik ken die knul, van ziens. Maar nu ik
mijn legerdienst gedaan heb, begin ik
de zaken wel anders te zien. Ik ben
mezelf aan het losweken van Marianne.
Er is hoop.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. BALZAAL
AVOND
Een
goed gevulde balzaal. Het is druk op de dansvloer. Op een verhoog een orkest
van een man of zes, achter het orkest tafels en stoelen alle bezet door jongens
en meisjes die kennelijk groepjes vormen. Tegen de achterwand is een tapkast
waar de gasten die geen stoel gevonden hebben een drank kunnen krijgen. Gilbert
staat aan de tapkast te praten met een vrij aantrekkelijke jonge vrouw. Hij
vraagt haar in de dans voor een tango. Op de dansvloer ziet hij Marianne dansen
met vermoedelijk haar vaste vrijer. Die danst nog een paar passen met haar,
zegt iets en dan staan ze plots stil. Marianne laat haar danspartner los, zegt
iets met kwaad gezicht, loopt weg van de dansvloer naar de rij kapstokken waar
ze haar jasje pakt en uit de zaal verdwijnt. De vrijer blijft achter en haalt
zijn schouders op.
CUT
FADE-IN
INT. BALZAAL AVOND
Dezelfde
balzaal een week later, zaal weer goed gevuld. Gilbert staat aan de tapkast,
kijkt op zijn horloge, kennelijk staat hij uit te kijken naar het meisje van
vorige week. Dan ziet hij Marianne zitten aan een tafel in het gezelschap van
haar vader KAMIEL LIEBAERT, deftig in het pak, das, keurig verzorgd haar, een
middenstander. De
student waar ze van is weggelopen is niet bij hen. Kamiel kijkt zoekend de zaal
in, ziet Gilbert en doet hem teken om mee aan hun tafel te komen zitten. Op de
tafel staat een kaars die het gezellig maakt. Gilbert gaat zitten tegenover Kamiel
en naast Marianne.
GILBERT
Goedenavond meneer Liebaert, goedenavond
Marianne.
MARIANNE
Goedenavond Gilbert.
KAMIEL
Gilbert, beste jongen, je had mijn zoon
kunnen zijn, niet vergeten dat ik je mee
heb grootgebracht. Hoe maak je het
intussen en je moeder?
GILBERT
Met mij is alles goed, en met jullie?
KAMIEL
Altijd geestig.
GILBERT
Met mijn moeder is het goed. Met mij
ook. Mijn legerdienst zit erop, ik heb
een baan gevonden maar nog geen lief.
Dat wil maar niet lukken.
KAMIEL
Een kerel als jij kan altijd een lief
vinden maar een baan met toekomst is
wat anders, dan kun je opklimmen,
kaderlid worden en toegang krijgen tot
de betere kringen.
GILBERT
Heeft dat veel belang? Is dat een
streefdoel in het leven?
KAMIEL
Daar zit de vooruitgang, vriend. Als je
je verstand gebruikt en met wat
ruggensteun kun je het ver brengen. En
laat dat betogen achter de rode vlag op
1 mei maar voor anderen. De tijd is
gekomen dat je als elke jonge man aan
dat vertrouwde nestje moet denken, de
een wat vroeger, de ander wat later.
GILBERT
Een huis met een tuintje.
KAMIEL
Lach niet, vroeg of laat zul je mij
gelijk geven. Marianne bijvoorbeeld is
het beu om rond te fladderen en door
Don Juans te worden belaagd. Het is
tijd dat ze op een ernstige jonge man
valt. Waarom neem jij niet eens de koe
bij de
horens, ik heb gezien dat je kunt
dansen en Marianne doet niet liever dan
dansen. Ik weet dat ik op mijn twee oren
mag slapen
als ze in jouw gezelschap is,
niet dat van een schuiver die zijn handen
niet kan thuis houden en van de eerste
avond al onder de rokken scharrelt. Nu
moet ik weg, een bal is meer iets voor
jonge mensen en maak het niet te laat.
Kamiel staat
op, drukt Gilbert de hand, doet teken naar Marianne en vertrekt. Het meisje
waar Gilbert vorige week mee danste en mee in gesprek was, staat nu aan de
tapkast om zich heen te kijken. Ziet Gilbert zitten, doet een stap in zijn
richting, haalt haar schouders op en verlaat de zaal.
GILBERT
Wat overkomt mij? Tot verleden zondag
was ik persona non grata.
MARIANNE
Wat wil je daar mee zeggen?
GILBERT
Och, laat maar. Zoiets als de aanhouder
wint.
MARIANNE
Je moet me niet voor de gek houden.
GILBERT
Dat zou ik nooit durven. Ik ben alleen
lichtjes verbaasd dat je zo plots anders
bent tegenover mij. Je hebt me veel
verdriet aangedaan, we waren vroeger
toch de beste vriendjes.
MARIANNE
Vader heeft mij tot betere inzichten
gebracht. Ik zal niet meer met je lachen.
GILBERT
Heb jij dan met mij gelachen?
MARIANNE
Ja, ik heb de spot gedreven met je
dunne benen toen je nog in korte broek
liep met gebogen rug alsof je zelf
voelde dat je minder was dan de
anderen.
GILBERT
Om die spot heb ik gevraagd, ik heb
lange tijd niet in mezelf geloofd.
Gilbert
drinkt nog vier of vijf glazen bier, Marianne houdt het bij een enkel glas.
Gilbert wordt losser in zijn doen. Ze gaan tussendoor dansen. Kort na
middernacht sluit het orkest het bal met een plechtige Brabançonne. Het ogenblik
is aangebroken om haar naar huis te brengen. Ze lopen naar de kapstokken voor
hun jassen.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. HUIS LIEBAERT NACHT
Marianne en
Gilbert staan aan de voordeur van haar huis. Gilbert legt zijn arm om haar
schouders en wil haar een afscheidskust geven. Maar zij grijpt hem vast en
geeft hem een intense tongkust. Het is november, te vochtig en te kil om buiten
te staan minnekozen. Ze heeft de sleutel en ze trekt Gilbert mee binnen. Het is
gezellig warm in de woonkamer. Marianne doet haar mantel uit, gaat op de divan
zitten en geeft een uitnodigend klopje naast zich.
MARIANNE
Vader is slapen en
hij heeft de vulhaard
goed opgepookt.
GILBERT
(doet zijn overjas uit en gaat naast Marianne
zitten) Je ruikt lekker.
Hij geeft
Marianne een kus, ze duwt hem weg, staat op, doet haar blouse uit, laat haar
rok vallen. Gilbert ontdoet zich van zijn jas, help Marianne met het haakje van
haar beha terwijl ze uit haar slipje stapt. Ze gaat nu liggen op de divan, hij
kleedt zich uit en gaat in haar, ze slaat haar kuiten om zijn lendenen, hij zit
in de fuik, kan niet vooruit of achteruit en ze duwt hem niet weg als hij
klaarkomt.
CUT
FADE-IN
INT. WOONKAMER LIEBAERT AVOND
Gilbert in
stadskledij zit in een hoek van de woonkamer die is ingericht als salon te
praten met Kamiel Liebaert.
GILBERT
Is
Marianne zich aan het gereedmaken
voor het
bal, meneer.
KAMIEL
Ja
zeker. En nog voor veel meer. Wat
heb jij
uitgestoken in die paar weken,
jonge
man. Ik dacht dat ik in jou meer
vertrouwen
kon hebben en na vier
zondagavonden
is het zo ver.
GILBERT
Spreek
eens wat minder in raadsels
meneer
Kamiel.
KAMIEL
Een
goed verstaander heeft maar een
half woord
nodig. Marianne is zwanger.
Ik
dacht dat je oud genoeg was om je
verstand
te gebruiken, maar als het
bij
een man opkomt zit zijn verstand
tussen
zijn benen.
GILBERT
Daar
moet ik bij gaan rechtstaan. Wat
gaat
zij doen.
KAMIEL
Niet zij,
jij gaat iets doen, jij gaat
met haar
trouwen en liefst in de
looppas,
nog voordat de mensen zien
dat ze
een buik krijgt.
GILBERT
Maar
ik heb niets. Ik woon nog bij
moeder,
ik ben nog maar pas aan het
werk,
verdien niet veel en heb nog
geen
tijd gehad om wat te sparen.
KAMIEL
Ik
zorg voor een woonst, onderdak en
meubelen
als bruidschat. En ik zorg
ook
voor een goede baan bij Sanifont,
daar
vragen ze een boekhouder.
GILBERT
Nu
moet ik weer gaan zitten.
(V.O.) Nu
ben ik
opeens aanstaande vader, of
voedstervader.
KAMIEL
Ik
neem aan dat je moeder geen feest
kan bekostigen.
Daar zorg ik ook voor,
ik wil
geen schandaal in de parochie.
GILBERT
Schandaal?
Er zijn in Hellebeek al
zoveel
koppels met een voorkind dat het
de
gewoonste zaak is.
KAMIEL
Binnen
de zes weken zijn jullie
getrouwd,
Marianne in het wit en jij
in een
zwart kostuum. Je moeder Lena
mag
zich op mijn kosten in het nieuw
steken.
GILBERT
Ik zal
je eeuwig dankbaar moeten blijven,
meneer
Kamiel.
KAMIEL
Als je
dat maar weet.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. WOONKAMER AVOND
Een paar
weken later. Marianne ligt uitgestrekt op de divan, Gilbert zit aan de tafel de
krant in te kijken.
GILBERT
Ik
lees hier in de krant dat zwangere
vrouwen
niet zelden karakterafwijkingen
vertonen.
MARIANNE
Is dat
alles wat je weet te vertellen.
Kun je
nooit eens grappig of dichterlijk
uit de
hoek komen zoals …
GILBERT
Als
wie …
MARIANNE
Je
zoekt weer ruzie.
GILBERT
Ons
kind is gelukkig dat het niet in
een hongerland
zal geboren worden. We
zullen
het een goede opvoeding kunnen
geven.
MARIANNE
Begin
daar niet weer over te zagen.
Het zal
gaan naar de school die ik
kies.
GILBERT
Je zit
met mij opgescheept maar je
zult het
er moeten mee doen. Slaap
maar
verder. (verdiept
zich weer in
zijn krant)
DISSOLVE
FADE-IN
INT. WOONKAMER AVOND
Maanden
later. Marianne zit dik als een ton met opgetrokken knieën op de divan naar
buiten te turen. Haar donkerblond haar golft om haar aantrekkelijk gezicht.
GILBERT
(V.O.) Waarom moet ze
altijd zo
onhebbelijk zijn, zo aantrekkelijk
en zo
chagrijnig.
GILBERT
Ik ga
een bezoekje brengen aan moeder.
MARIANNE
(antwoordt niet, blijft stug naar buiten staren)
FADE-IN
INT. KLEIN VERTREK AVOND
Lena zit in
de schemering bij het venster dat uitziet op de straat.
LENA
Hoe
gaat het jongen.
GILBERT
Ik was
beter bij jou thuis gebleven tot
ik de
ware liefde gevonden had, maar
Marianne
was daar voor het grijpen en
wie
anders is de oorzaak van haar
zwangerschap.
De toekomst tekent zich
niet
af als een wonderlijk sprookje.
Kom we
maken een wandeling onder de
sterrenhemel.
Ze lopen uit
het dorp langs een brede laan met villa’s op terpen met een vijver voor of
achter het gebouw.
GILBERT
Toen
ik nog kind was, was hier niets dan
lage
beemden die in de winter onder water
stonden.
Nu staan er villa's met oplopende
grasperken
als oorkonden van weelde en een
treurwilg
naast de vijver die symbool
staat
voor ik weet niet wat.
LENA
De
wereld verandert, Gilbert. Wij waren
arm, hebben
het heel moeilijk gehad maar
nu mag
jij van een zekere welstand
spreken.
Jammer dat je het bij Marianne
niet
altijd naar je zin hebt. Maar hier
achter
deze chique gevels gaat het ook
niet
altijd goed. Dat rijk volk kent
geen
schaamte meer. Ze doen zelfs aan
partnerruil.
GILBERT
Een
vreemd woord, van wie heb je dat
gehoord.
Het brengt mij op rare
gedachten.
LENA
Zou
Marianne dat ook durven doen.
GILBERT
Niet
met mij in elk geval. Maar ze
durft
alles.
Terug bij
het huisje van Lena laat Gilbert zijn moeder alleen naar binnen gaan en loopt
naar huis. Thuis is het licht aan. Marianne ligt op de bank te kronkelen van de
pijn, zo erg dat ze hem smekend aankijkt. In zeven sprongen is hij weer buiten
en snelt tot bij Liebaert. Hij vraagt hem te telefoneren voor de arts. Dan weer
terug naar Marianne. Hij ondersteunt haar naar de slaapkamer en helpt haar uit
haar jurk. Haar ondergoed ziet rood. Hij legt een dubbel geplooid laken onder
haar. Dan is de arts daar. Die stuurt Gilbert de kamer uit. Liebaert is er nu ook
en zwijgend zitten ze aan tafel. Na lang wachten komt de dokter uit de slaapkamer.
ARTS
Het is
een miskraam. Het zou een
jongetje
geweest maar het was niet
levensvatbaar.
Ik heb het lijkje in
de
wieg gelegd. Uw vrouw moet een
paar
dagen volledige rust nemen.
GILBERT
(gaat bij zijn vrouw)
MARIANNE
(ze is bij bewustzijn) Het is doodgeboren.
Had ik
dat geweten was ik nooit met
jou getrouwd.
GILBERT
(zit op de rand van het bed en breekt in
snikken uit)
MARIANNE
Ga van
dat bed af, ik kan de schokken
in mijn
buik niet verdragen.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. KERKHOF DAG
GILBERT
(draagt een kistje onder zijn arm, hij is
alleen)
De grafdelver
neemt zijn pet af, als groet en voor een fooi.
GILBERT
(geeft hem een fooi) (V.O.) Hij heeft
meer gevoel
in zijn pet dan Marianne
in
haar heel lijf.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. WOONKAMER AVOND
Marianne is
opgekleed om uit te gaan. Gilbert zit in een club een boek te lezen. Hij is in
hemd zonder stropdas en op pantoffels.
GILBERT
(kijkt op) Ben je weer fit?
Naar waar
hebben
wij het, je hebt met niets
gevraagd.
Ik ben niet gekleed om uit
te
gaan.
MARIANNE
Moet ik vragen om
toestemming meneer?
We gaan met een paar vriendinnen
de stad
verkennen. Jij gaat toch
nooit mee uit.
GILBERT
Je
vraagt het me nooit. Gaan de mannen
van de
vriendinnen mee?
MARIANNE
Ben je
gek. (een auto
toetert in de straat.
haast zich naar buiten) Je
moet voor mij
niet
opblijven.
DISSOLVE
FADE-IN
Marianne
komt licht aangeschoten op de slaapkamer. Ze neuriet een liedje, kruipt naakt
in bed bij Gilbert. Die legt een hand op haar buik maar ze slaapt al.
DISSOLVE
FADE-IN
Ongeveer
hetzelfde tafereel herhaalt zich.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. WOONKAMER AVOND
Marianne zit
op de divan zwijgend naar buiten te turen.
GILBERT
Wel?
Moet je niet weg? Het is toch je
dag.
MARIANNE
Vandaag
niet, ik voel me niet wel.
CUT
FADE-IN
Gilbert
loopt met een tuil bloemen een kraaminrichting binnen tot bij het bed van
Marianne. In het wiegje ligt een baby te slapen.
GILBERT
Hoe is
het schat, alles goed verlopen?
MARIANNE
Wat
zou er mis moeten gaan hebben.
GILBERT
Een
geboorte is toch altijd een grote
gebeurtenis.
Een man,
sportief gekleed komt de kamer binnen. Hij heeft een ruiker bloemen bij zich.
Buigt zich over de baby.
MAN
Slaap
maar mooi, kleine man, kleine Cliff.
GILBERT
Heet
hij Cliff, dat wist ik nog niet.
MARIANNE
Staat
die naam je niet aan?
GILBERT
Ik zou
hem zelf niet gekozen hebben.
Ik hou
niet van een artiestennaam
voor
mijn kind
MARIANNE
Mijn
kind? Ons kind.
DISSOLVE
FADE-IN
INT. WOONKAMER DAG
Gilbert en
jongetje van een jaar of acht.
GILBERT
Ik ga
naar mama in het ziekenhuis. Ik
laat je
even alleen. Jij moet je huiswerk
nog maken.
CLIFF
Als ik
zin heb, ik heb nog wat anders
te
doen.
GILBERT
(V.O.) Karaktertrekken van
zijn moeder,
niet
van mij.
DISSOLVE
FADE-IN
Gilbert
loopt door de gangen van een ziekenhuis tot bij het bed van Marianne.
MARIANNE
Waar
zijn de bloemen.
GILBERT
Vergeten.
Ik maak het goed als je naar
huis komt.
Wat is er eigenlijk misgelopen.
MARIANNE
Ben je
nu echt zo stom. Een vrouw kan
haar
eierstokken en baarmoeder
verliezen.
Dan is ze niet echt een
vrouw
meer. (begint te
snikken)
Gilbert wil
haar troosten maar ze duwt hem weg.
DISSOLVE
FADE-IN
EXT. AUTO DAG
GILBERT
(maakt zijn gebaar als trompetspeler naar Marianne
in de straat en steekt zijn middenvinger op.
vertrekt dan) (V.O.) Waar moet ik eigenlijk
naar toe. Julie is niet voor
mij, tenzij
ik mij bij de Beweging zou
aansluiten.
Mariette is vijftien jaar
jonger en het
is niet zeker dat ze mij
wil. Moeder
heeft voor mij een
spaarrekening op de
bank waar ik een tijd mee
verder kan.
En ook een goudstaaf van een
halve kilo.
Ik kan een tijdje verder als
ik bij
moeder intrek. Wat er moet
gebeuren als
Marianne beslag laat leggen op
mijn
loon weet ik niet.
EXT. HUIS LENA DAG
GILBERT
(klopt en gaat binnen)
LENA
Wel,
van je hier te zien op een
zaterdagmiddag.
Moet je niet afwassen,
heeft
Marianne toestemming gegeven om
naar
hier te komen
GILBERT
Moeder,
je zult in het vervolg met mij
de draak
niet meer moeten steken, ik ben
weg
bij Marianne, ik hield het niet meer
uit.
Ik heb wat kledij in de auto liggen.
Ik
blijf een paar dagen hier slapen
tot ik
een studio of wat gevonden heb.
We
zullen zien wat Kamiel Liebaert
gaat doen.
Als zijn arm nog lang
genoeg
is laat hij mij bij Sanifont
aan de
deur zetten en vindt hij
iemand
om mij de helft van mijn
inkomen
te doen afdokken
DISSOLVE
FADE-IN
INT. CAFE STATIE DAG
CONSTANT
En? Hoe is het verder
afgelopen. Heeft
Kamiel Liebaert hem doen
ontslaan. Moet
hij inleveren op zijn loon.
VICTOR
Voorlopig niet. Ik zie
Gilbert nog
regelmatig. Hij is bij zijn
moeder niet
blijven inwonen, hij liep te
veel kans
om op Marianne of zijn zoon te
lopen.
Hij moet van die mensen niet
meer hebben.
ERNEST
Dat werd tijd. Als ik dat
hoor, hoe kan
iemand zich een half mensenleven
lang zo
in het zout laten leggen.
VICTOR
Ik zie het zo. Hij had zijn baan
via haar
vader. En de eerste jaren
toen Cliff nog
een klein kind was had hij
zijn verzet.
Hem leren fietsen,
wandelingen maken
en de natuur leren kennen.
Maar lang heeft
dat niet geduurd. Als dat
jong tien jaar
werd was het al een
onhandelbare lastpost.
CONSTANT
Als ik het goed begrepen heb
was het
niet eens zijn kind.
VICTOR
Dat heeft Gilbert altijd van
zich
afgezet. Er is altijd die
twijfel
geweest en hij heeft het
kind
aanvaard en hij vond dat hij
zijn
plicht moest doen.
ERNEST
Een edelmoedig mens.
CONSTANT
Van edelmoedige mensen wordt
altijd
misbruik gemaakt. Ik weet
het, uit
hoofde van mijn vak.
VICTOR
Ik hoop voor hem dat hij een
nieuw leven
kan beginnen.
ERNEST
Liefst een beter.
CONSTANT
Zo iets valt altijd af te
wachten.
FADE-OUT
_____________________________________________________
Geen opmerkingen:
Een reactie posten